Cookie beleid SVV

De website van SVV is in technisch beheer van VoetbalAssist en gebruikt cookies. Hieronder de cookies waar we je toestemming voor nodig hebben. Lees ons cookiebeleid voor meer informatie.

Functionele cookies

Voor een goede werking van de website worden deze cookies altijd geplaatst.

Analytische cookies

Binnen de site worden er op dit moment geen analytische cookies gebruikt.

Marketing cookies

Facebook Toestaan Niet toestaan

Club info

Club info

 001_SVV_betaald_voetbal_1954_-_1991.jpg

SVV betaald voetbal 1954 -1991

Hoe het betaalde voetbal  (lees: SVV)  uit Schiedam verdween

Gelukkig hebben we de foto’s nog . . . .

 

Een reconstructie

 

door Kees van Opijnen,

met medewerking van Koos en Elly Rost

 

(Schiedam, November 2022)

 

Schiedam: een stad met door de jaren heen zo’n 75.000 - 80.000 inwoners. Eens was de stad een bolwerk van het vaderlandse (betaalde) voetbal. In 1949 werd SVV zelfs kampioen van Nederland en in 1952 eindigde Hermes DVS als tweede in de strijd om de landstitel achter Willem II.

In 1971 daalde Hermes DVS al af naar de rangen der amateurs – na een overigens wel erg botte sanering van de KNVB - en in 1991 volgde om geheel andere redenen SVV. Van de 850 gemeenten in Nederland waren er op dat moment slechts 35 waar betaald voetbal te bewonderen viel. Iets om te koesteren zou je zeggen. Hermes DVS speelt tegenwoordig in de vierde klasse en aan het einde van het seizoen 2021-’22 degradeerde SVV zelfs naar de vijfde klasse . . . Toch hebben beide clubs nog altijd de ambitie voor een stapje hoger. Het is voor een stad als Schiedam met de genoemde bijna 80.000 inwoners toch eigenlijk een schande dat de hoogst spelende vereniging pas te vinden is in de 3e klasse.

Maar ja: sport en Schiedam he . . . . .

 

We zullen ons hier beperken tot het verdwijnen van SVV uit dat betaalde voetbal in 1991. Over de sportieve prestaties is al genoeg geschreven in de jubileumboeken “SVV in Gouden Glans” (1954) en “SVV 90 Jaar. Van Gorzen tot Harga” (1994). Al zullen ze ook hier – waar relevant -  af en toe ter sprake komen. E.e.a. is inmiddels dus alweer ruim 30 jaar geleden, maar voor heel veel “oud-gedienden” van de roemruchte rood-groene  “Gorzenclub” voelt het wellicht als de dag van gisteren. We worden allemaal ouder tenslotte . . . .

Dat precies is de reden om dit artikel nu te willen schrijven.

 

We starten onze speurtocht zo tegen het einde van het seizoen 1987-’88. SVV doet het onder de bezielende leiding van Sandor Popovics niet eens zo slecht. Beter dan voorgaande seizoenen in ieder geval met een plaats in de middenmoot van de eerste divisie. Maar op financieel gebied wordt het steeds moeilijker om de eindjes aan elkaar te knopen. Zo was bijvoorbeeld verdubbeling van de sponsorinkomsten bittere noodzaak. Noeste plannen van SVV – onder de enthousiaste leiding van Martin de Jager – om een gedeeltelijke nieuwbouw te realiseren op Harga werden door de gemeente min of meer in drie regels afgewezen. Van de Schiedamse bestuurders hoefde SVV al helemaal geen medewerking meer te verwachten. Mede daardoor was ook het zakenleven niet zo happig om geld in de club te steken. De industrie rond Schiedam was door de jaren heen flink geslonken en de bedrijven die er waren voelden er niets voor om de portemonnee te trekken. Met als gevolg steeds minder publiek. Een vicieuze cirkel dus.

In die periode was trouwens ook het probleem “Herstructurering Schiedamse voetbalvelden” een opkomend issue. In dit kader later meer.

 

Eind januari begin februari 1988 kwam daar als een donderslag bij heldere hemel het bericht: Excelsior Rotterdam en SVV denken aan een fusie!! Onderzocht zou gaan worden of bij inlevering van de twee licenties het saneringsfonds van de KNVB in werking zou kunnen treden, wat zou inhouden dat de schulden van de twee verenigingen zouden worden kwijtgescholden. De eventuele nieuwe fusieclub zou dan een nieuwe licentie aanvragen.

We naderen nu de fase die de meest turbulente in de geschiedenis van SVV genoemd kan worden. Vooral in de SVV gelederen maakten de fusieberichten enorm veel los, temeer daar niet Harga maar Woudestein de nieuwe thuishaven zou gaan worden. Allerlei hartverwarmende acties – o.a. de Vrienden van SVV onder leiding van ere-voorzitter Cor de Vries – werden op touw gezet.

Hoewel het er aanvankelijk op leek dat de fusie inderdaad door zou gaan is het er toch niet van gekomen.

Op het Schiedamse stadskantoor viel het met die emoties overigens wel mee. . . . Wethouder financiën Aad Wiegman (PvdA) zou er “geen traan om laten” als SVV op zou houden met het bedrijven van betaald voetbal. . . . Om een lang verhaal kort te maken: de fusie werd – tot grote opluchting van alles wat rood-groen was – uiteindelijk afgeblazen.

Het seizoen werd op sportief gebied slecht afgesloten en Sandor Popovics vertrok naar Cambuur. Jan van der Velden zou met ingang van het seizoen 1988-’89 de nieuwe trainer worden. Op de ledenvergadering van voorjaar 1988 werd de scheiding tussen amateurs en profs binnen SVV min of meer een feit.

 

De fusie was nog maar nauwelijks afgeblazen of  het volgende probleem diende zich al weer aan. Net voordat in die lange hete zomer van 1988 de Europese kampioenschappen in – toen nog – West Duitsland begonnen besloot de licentiecommissie van de KNVB dwars te gaan liggen. Een periode van nieuwe spanning volgde. Maar om daar nu een maand voorafgaande aan het nieuwe seizoen mee aan te komen?! Ook dit overleefde de club mede dankzij de inbreng van sponsors en andere sympathisanten. De (verplichte) kosten voor een nieuw hekwerk moest SVV wel zelf op zich nemen. SVV deed hiervoor nog wel een beroep op de gemeente, maar kreeg ook hier nul op het rekest.

 

Nederland veroverde op 25 juni 1988 de Europese titel en ter gelegenheid daarvan organiseerde SVV samen met de gemeente Schiedam een groots Oranjebal op het Emmaplein in de stad. Twee dagen later was de club, mede door een inschattingsfout van diezelfde gemeente, verwikkeld in een faillissement . . . .

Wekten de fusieberichten met Excelsior en de toestanden rondom de licentie de nodige emoties op en reacties los, het was niets vergeleken bij hetgeen zich in die eerste dagen van juli 1988 op en rond sportpark Harga afspeelde. We zullen proberen de zaken hier kort de revue te laten passeren. En dat is al lastig genoeg.

Het gaat er in dit artikel tenslotte om een licht te doen schijnen op de manier waarop SVV uiteindelijk als zelfstandige BVO uit het betaalde voetbal zou verdwijnen. De krantenkoppen waren niet van de lucht. Wie het wil nakijken moet maar eens de digitale Krantenbank van het Schiedams gemeentearchief raadplegen.

Het was een periode dat de club letterlijk tussen hoop en vrees en onder hoogspanning leefde. Het kwam hier op neer dat het Alewijn de Groot Fonds – een stichting die financiële steun verleende aan diverse culturele en sportieve activiteiten en instellingen binnen de stad – zich garant had gesteld voor een bancaire lening aan SVV. Die bank – de Bondsspaarbank – wilde geld zien. De geruchten gingen dat een persoonlijke vete tussen de directeur van de bank en SVV’s voorzitter Martin de Jager hieraan mede ten grondslag zouden liggen. Het De Groot Fonds is toen ten onrechte als de enige kwade genius achter het geheel afgeschilderd. Maar er was meer. Het Fonds had bij de gemeente geïnformeerd of daar bekend was of SVV nog bij anderen in het krijt stond. Een al te ijverige ambtenaar heeft toen gemeld dat ook de gemeente een schuldeiser was zonder daarbij te vertellen dat het om een langlopende lening ging, waarvoor al een regeling was getroffen. Omdat voor een faillissement twee schuldeisers nodig zijn is bij de rechtbank wat al te gemakkelijk aangenomen dat de gemeente Schiedam die tweede aanvrager was. Het voortbestaan van SVV (betaalde tak en amateurs) stond nu echt serieus op het spel. Ook leverde de door SVV in de arm genomen advocaat knoeiwerk af door geen gebruik te maken van een elementair iets als het aanvragen van surseance van betaling.

 

De rol van de gemeente Schiedam – min of meer ongewild in de zaak betrokken geraakt – is in dit verband reeds aangehaald. Op financiële steun van die kant hoefde niet te worden gerekend. De (eventuele) maatregelen zouden gericht zijn op het voortbestaan van SVV als amateurvereniging (SVV’88?).

Een tweede mogelijkheid was om bij de rechtbank verzet aan te tekenen tegen het faillissement, daar de gemeente formeel geen tweede aanvrager was geweest. Aanvankelijk is dat niet gedaan om eventuele andere schuldeisers niet “wakker” te maken. Uiteindelijk tekende de gemeente Schiedam toch nog formeel verzet aan Er zat weinig anders op dan in een uiterst kort tijdsbestek de totale schuld (680.000 gulden, wat bijna 35 jaar geleden een behoorlijk substantieel bedrag was) zien weg te werken. Van dat bedrag moest zo’n 4 ton zo snel mogelijk op tafel komen.  Voornaamste schuldeisers waren de belasting en de bedrijfsvereniging (die overigens al een rekest tot faillissement had klaarliggen).  Na de werven Gusto en Wilton Fijenoord dreigde Schiedam weer een instituut kwijt te raken.

 

SVV kreeg van de curator – Mr. Hans Mentink  - een week de tijd hiervoor. Met deze curator had SVV het beslist beroerder kunnen treffen! (Zo sprak hij voortdurend over “wij” als hij het over SVV had).  Formeel moest hij ontslag aanvragen voor alle contractspelers. Alleen gaf hij de club wel een paar dagen respijt. Behalve het aangetekende verzet van de gemeente – ze konden ook moeilijk anders – viel er van de politiek geen steun te verwachten. De gemeente voelde er ook niets voor om de opstallen van de club te kopen, ondanks een poging van Mr. Mentink hiertoe. PvdA fractievoorzitter Gre Brouwer liet nog even fijntjes weten: “Ik ben niet tegen betaald voetbal, maar niet in Schiedam”. En VVD leider Gerard Verhulsonk: “Persoonlijk vind ik het niet erg als SVV zou verdwijnen”. Bovendien zou een eventueel faillissement van SVV voor de gemeente ook niet echt slecht uitkomen. Die zat men een levensgroot probleem in haar maag m.b.t. de sanering van de voetbalvelden in de stad.

 

Zaterdag 9 juli – dinsdag 12 juli 1988. Een ware rollercoaster!

Die zaterdag werd in de SVV-kantine een buitengewone ledenvergadering gehouden met als enig agendapunt: Uiteenzetting huidige situatie SVV.

Te eten of te drinken viel er niets. Alles was letterlijk onder curatele gesteld!

Het werd een uiterst emotionele bijeenkomst en menig traantje werd weggepinkt. Vooral Jan van der Velden hield een gloedvol betoog: “….moet ik na mijn werk bij Wilton Fijenoord nu ook nog mijn baan als trainer verliezen?” Samen met Henk Salari en Hans Loovens was hij dagen op pad geweest om de benodigde centen binnen te krijgen en om de kleinere schuldeisers te bewegen van hun tegoed af te zien. Het kantoor van ere-voorzitter Cor de Vries en Martin de Jager aan het Rubensplein werd als crisiscentrum ingericht. Aan hen heeft SVV veel te danken gehad. Het drietal werd later volkomen terecht benoemd tot Lid van Verdienste. 

Ze kwamen uiteindelijk terecht bij Mercedes-dealer John van Dijk in de Spaanse Polder. Het was letterlijk de laatste strohalm. Tot hun grote opluchting voelde Van Dijk wel wat voor een voetbalavontuur. Zijn uitdrukkelijke voorwaarde was dat vrijwel iedereen zijn vorderingen zou laten vallen (en natuurlijk wilde hij zelf shirtsponsor worden). Dat lukte uiteindelijk grotendeels, De rest werd gedekt door allerlei giften, o.a. door een gift van 500 gulden van het oudste lid Toon Rijkuiter (88 jaar destijds).

002.jpg

SVV is gered!! V.l.n.r. Hans Loovens, Henk Salari, Jan van der Velden, Martin de Jager en John van Dijk

 

Heel SVV leek hierdoor in de zevende hemel te zijn beland. Al werd het in de rechtszaal aan de Noordsingel in Rotterdam die dinsdag de 12e juli 1988 nog wel even benauwd! De zaak draaide uit op een juridisch steekspel tussen de fiscus en de curator, met Mr. Mentink als glorieus winnaar! De curator: “Ik heb zelden zoveel enthousiasme gezien voor iets wat reddeloos verloren leek”.

 

Groot feest op Harga diezelfde avond. Personen uit allerlei geledingen waren er om SVV geluk te wensen. Vertegenwoordigers van de gemeente Schiedam  werden niet gesignaleerd, ondanks een uitnodiging hiertoe. . . .

John van Dijk zegde toe de kar drie jaar lang voluit te willen trekken. Aan die belofte heeft hij zich gehouden. . . .

003.jpg

 

 

 004.jpg

’s Avonds groot feest op Harga. Derde van rechts curator Mr. Mentink. Verder herkennen we o.a. Cor de Vries, John van Dijk, Jan van der Velden, Hans Loovens, Ton Krijnen en

Martin de Jager

Henk Salari in “Verdwenen Voetbalclubs” hierover: “Toen Van Dijk erin was gestapt, wilden ineens ook andere ondernemers uit Schiedam en Rotterdam investeren in SVV. Daar heb ik een beetje een vieze smaak in de mond aan over gehouden. Ik heb ze in een interview ooit eens ‘strontvliegen’ genoemd. Werden ze boos op mij, maar dat deed me niets. Toen SVV gered was, wilden ze er opeens bij horen. Daar kon ik niet goed tegen”.

In die zomer van 1988 overleefde SVV de zwaarste aanslag op haar bestaan tot dan toe.

 

Op de voor hem bekende voortvarende manier ging John van Dijk – “uitgekeken” op Feyenoord – aan de slag. Behalve shirtsponsor werd hij ook voorzitter en werd de financiële man bij zijn bedrijf (Ton Krijnen) penningmeester. Ook kreeg de accommodatie een facelift. Er kwam o.a. een sponsorhome, wat ook wel nodig was, want het aantal sponsors nam enorm toe. Meteen gingen er al allerlei geruchten over nieuwe spelers. Dat bleef niet alleen bij geruchten, maar we zullen hier niet te veel daarover uitwijden. Maar nog voor dat de nieuwe competitie begon zette SVV (lees Van Dijk) nog een zeer belangrijke stap: hij stelde Wim Jansen (41 toen en 65 interlands) aan als technisch directeur.

005.jpg

John van Dijk en Wim Jansen

 

Meteen werd een bloeiende en zeer talentrijke jeugdafdeling opgezet, wat al snel resulteerde dat de E-1 jeugd en het hoogste F-team praktisch ongeslagen in het land bleven.

006.jpg

Het vlaggenschip (met o.a. als aanwinsten de oud-internationals Keje Molenaar en Pier Tol) eindigde dat eerste seizoen op de 8e plaats in de eerste divisie.

 

Al gedurende dat seizoen 1988-’89 werd een ambitieus nieuwbouwplan voor uitbreiding c.q. verbetering van de accommodatie gepresenteerd. Kosten zo’n 2 miljoen gulden (een kleine 1 miljoen euro) en te financieren door een op te richten ‘SIM’ (SVV Investeringsmaatschappij). Voor deze SIM hadden zich in korte tijd al 120 potentiële aandeelhouders gemeld. Het begin van een schier eindeloze reeks plannen, geruchten etc., die dus al begonnen in de loop van dat eerste seizoen 1988-’89.

 

In januari 1989 werden dus al de eerste plannen voor renovatie en uitbreiding van de accommodatie gelanceerd. Die behelsden de aanleg van twee overdekte staantribunes, een overdekte zittribune voor 3.000 toeschouwers en 400 business seats, de verwezenlijking van een nieuw gebouw betaald voetbal en verplaatsing van de hoofdingang. Het geheel zou dan plaats moeten kunnen bieden aan ruim 12.000 toeschouwers. Deze uitbreiding zou tot gevolg hebben dat de door de gemeente geplande verhuizing van Olympus Schiedam (toen al …) naar het vierde veld van SVV uiterst twijfelachtig zou worden. Het lag in de bedoeling dat in de loop van het seizoen aan de werkzaamheden zou worden begonnen, zodat bij de start van de nieuwe competitie alles gereed zou zijn. Het wachten

was op een aantal offertes van aannemers, om vervolgens met een compleet overzicht op bezoek bij de gemeente te gaan. Al werd toen meteen al duidelijk dat op een geldelijke bijdrage van die kant niet gerekend hoefde te worden. Wel wilde de gemeente (zoals gezegd verwikkeld in een ingrijpende herstructurering sportvelden) meedenken m.b.t. de infrastructuur. Hoe belangrijk de gemeente het bestaan van betaald voetbal binnen haar grenzen vond, bleek ook weer eens tijdens het duel SVV-Vitesse (5 mei 1989, 1-1). Het hoofdveld verkeerde in een abominabele toestand, wat secretaris Frans Eijkenbroek de uitspraak ontlokte: “Ze hadden geen mensen beschikbaar voor onderhoud. Ze moesten hun ATV-dagen opnemen, of ze hadden een snipperdag….”. De gemeente liet in een reactie weten zich hierin niet te kunnen vinden (?).

 

In de zomer van 1989 werden de plannen voor de nieuwe accommodatie al weer aangepast. Van Dijk dacht zijn plannen binnen een paar maanden te kunnen verwezenlijken, maar kwam er al snel achter dat dat vies tegen viel. Er kwam meer bij kijken dan hij aanvankelijk dacht -  snelle beslisser als hij altijd geweest was. Bovendien was ook de visie hoe de accommodatie eruit zou moeten zien ook steeds weer anders. Het nieuwe idee was nu om een multi-functioneel stadion (een kleinere uitgave van het Utrechtse Nieuw Galgenwaard) te bouwen met een capaciteit van 10 – 12.000 (overdekte) zitplaatsen en bedrijfsruimten, die dan verhuurd konden gaan worden. Maar bestemmings- en herstructureringsplannen maakte dit alles niet eenvoudiger.

 

In die zomer van 1989 roerde SVV zich bijna ongehoord op de transfermarkt. Dick Advocaat was inmiddels in de loop van het vorige seizoen alvast  aangetrokken als trainer en samen met John van Dijk en Wim Jansen scheen het het driemanschap ernst te zijn zo snel mogelijk de stap naar de eredivisie te maken.

007.jpg
Trainer Dick Advocaat, met v.l.n.r. Dean Gorree, Eric Tanis,

Robin van der Laan en Winston Bogarde

Alles werd goed, maar niet overhaast opgebouwd. Kon de achterban, met al die vrijwilligers zich wel vereenzelvigen met al die broodvoetballers die kwamen “binnenvallen”?  Frans Eijkenbroek constateerde dat dat geen enkel probleem was. De meeste oud-gedienden liepen zo trots als een pauw rond. Eindelijk erkenning!! En John van Dijk: “Ik vind het leuk, en ik vind het geen schande om het leuk te vinden”.

 

In de oefencampagne werd o.a. gespeeld tegen Feyenoord, Sparta en op een afgeladen Harga tegen Barcelona.

008.jpg

SVV- BARCELONA met Ronald Koeman

Bij deze gelegenheid was SVV gastheer bij de presentatie van het fraaie boekwerk “De historie van Oranje”. Johan Cruijff overhandigde het eerste exemplaar hiervan aan zijn grote idool Faas Wilkes. Alle groten uit het Nederlandse voetbal waren aanwezig, maar ook toen geen spoor van een vertegenwoordiger van de gemeente . . . .

Maar nog voor de voetbaljaargang 1989-’90 van start ging, werd al duidelijk dat een nieuw SVV stadion niet meer in het kalenderjaar 1989 gerealiseerd zou

kunnen worden. De eerste paal voor een geheel nieuw stadion zou niet voor maart 1990 de grond ingaan. “Vertraging” dus . . . . .

Door al die aankopen werd SVV meteen als topfavoriet gezien voor de titel. Iedereen wilde van het “rijke” SVV winnen! De eerste periodetitel werd op het nippertje gemist, maar daarna was er geen houden meer aan! Door een 1-0 overwinning op Excelsior (doelpunt Ab Plugboer) op een uitverkocht Harga werd de titel in de tweede periode binnengehaald. Nacompetitie verzekerd!

En meteen kwam natuurlijk toen ook weer de onvermijdelijke vraag naar voren: hoe moet het nu verder met het verouderde Harga complex? Het College van B&W zweeg in alle talen en liet zich bij thuiswedstrijden niet zien. In een openhartig en uitgebreid interview in het Nieuwe Stadsblad spuide oud-voorzitter Martin de Jager ook nog eens zijn gal over de gang van zaken. Daarin verhulde hij niet dat John van Dijk desnoods de betaalde tak van SVV naar een andere stad (de gemeente Westland?) zou verhuizen. (Hoewel de statuten van de KNVB in principe niet toelieten dat een BVO haar domicilie buiten de stadsgrenzen had). E.e.a. had vooral te maken met het feit dat de gemeente de SVV-voorzitter geen duidelijkheid wilde geven m.b.t. het verlenen van het “Recht van Opstal”. “Als ik de grond niet in eigendom krijg, moet ik gaan bouwen op grond die niet mijn eigendom is. Daar voel ik weinig voor”. Wel kwam van de kant van de gemeenteraadsfractie van D’66 een brief aan B&W met het verzoek in overleg te treden met het bestuur van SVV over de toekomst van de club. Volgens sportwethouder Hafkamp (VVD) wachtte hij nog steeds op een concreet plan van de kant van SVV. De wethouder verklaarde ook dat hij binnenkort eens een thuiswedstrijd van SVV zou bezoeken. . . . .

 

In december 1989 was er voor het eerst sprake van een andere locatie dan Harga voor de SVV-thuishaven. De contacten tussen van Dijk en het gemeentebestuur zouden hersteld zijn. Zo werden onder meer het terrein van het destijds te vervangen Bad Groenoord, Woudhoek Noord en een locatie nabij (toen nog) station Schiedam-Rotterdam West genoemd.

 

Intussen ging het de club op sportief gebied voor de wind. Voor de confrontatie met naaste concurrent NAC moest worden uitgeweken naar het Feyenoord Stadion. In hetzelfde stadion waarin SVV 40 jaar eerder de landstitel greep, werd de ploeg uit Breda voor ruim 10.000 toeschouwers – ondanks de stromende regen - resoluut met 2-0 terug verwezen. Misschien heeft deze succesvolle avond in de Kuip later meegespeeld in Van Dijks keuze. Nee, over publiciteit had de club uit Schiedam (en van Dijk) niet te klagen! Zelfs de gerenommeerde Italiaanse sportkrant La Gazetta dello Sport wijdde een artikel aan de club uit Schiedam. Nu alleen nog een nieuw stadion . . . . . .

 

Op het bureau van Van Dijk lag een offerte van Ballast Nedam van 6-7 miljoen gulden (mede te financieren door de eerder genoemde SIM) voor een 12 .000 zitplaatsen tellende kleinere uitgave van het Utrechtse Galgenwaard. Maar op het doorhakken van de knoop moest nog worden gewacht op het weinig positieve gemeentebestuur en de definitieve promotie naar de eredivisie. SVV probeerde het ijzer te smeden toen het heet was.

Volgens datzelfde gemeentebestuur was nieuwbouw van SVV echter niet alleen afhankelijk van dat “recht van opstal”. Hafkamp: “Wij kunnen SVV niet zomaar het recht van opstal geven, omdat wij alle verenigingen op dezelfde wijze willen behandelen”. Tsja, waarin een kleine stad groot kan zijn. . . . .

Intussen werd al wel duidelijk dat m.b.t. de infrastructuur rondom Harga  het een en ander zou moeten worden verbeterd.  Volgens de wethouder waren de mogelijkheden daartoe “minimaal”. Tel uit je winst. Maar met plannen voor een “locatie elders” kwam hij ook niet. Al kwam diezelfde wethouder wel met een voorstel: de gemeente zou de grond van dat nieuwe stadion in erfpacht geven aan SVV/van Dijk, die dan zelf eigenaar van het nieuwe stadion zou blijven. Net iets anders dus dan het recht van opstal.

 

Dan waren er ook de geruchten over een eventuele samenwerking tussen SVV en de Schiedamse handbalvereniging DWS. Van Dijk zou dan tevens shirtsponsor van die club worden. Verder zou de samenwerking bestaan uit gebruik van een accommodatie. SVV had grote plannen voor de bouw van een nieuw stadion en DWS stak niet onder stoelen of banken dat het graag wilde beschikken over een eigen hal. Ook sportwethouder Hafkamp werd in deze plannen betrokken. De eerste eventuele nieuwe locatie die genoemd werd was een terrein achter het station Schiedam-Rotterdam West (thans Schiedam-centrum). Daar stonden drie kantoortorens gepland, maar de bouw van twee van die torens zou niet doorgaan. Geschikte ruimte dus zou je zeggen voor het nieuwe SVV-stadion. Voor 16 januari 1990 stond een bijeenkomst gepland met het gemeentebestuur met als onderwerp: de plaats van een nieuw te bouwen SVV-stadion. Van Dijk hoopte dan uitsluitsel te krijgen over de locatie en (eventuele) financiële steun in wat voor vorm dan ook. “Klein Galgenwaard” leek (januari 1990) steeds dichterbij te komen . . . .

Al werd wel duidelijk dat realisatie hiervan bij de start van het nieuwe seizoen (1990-’91) niet haalbaar zou zijn. Over de bouw van een multi-functioneel complex in de wijk Groenoord (het grondperceel waarop het zwembad stond te verpauperen) sprak wethouder Hafkamp meteen al zijn veto uit. Dat zou al een andere bestemming hebben. Ook een plek op het voormalige bedrijfsterrein van de werf Gusto (vlakbij de plek waar de club haar eerste echte thuishaven – ”naast Smulders” had!) bleek kansloos. Ook hier had de gemeente andere plannen (?). Gusto was jarenlang de trots van Schiedam. Toch ging de werf  (in 1978) failliet. Na vele succesvolle jaren kon de werf de concurrentie met het buitenland niet meer aan. De Nederlandse werven kregen geen steun van de regering, maar landen als Frankrijk, Korea en Italië steunden hun werven volop. Tot groot verdriet van velen werd de legendarische werf rigoureus gesloopt, inclusief het monumentale kantoorpand. De karakteristieke toegangspoort is later “”teruggevonden”” in een weiland bij Schipluiden. Nee, historisch besef heeft bij de gemeente Schiedam nooit hoog in het vaandel gestaan.

 

Een nieuwe optie werd het terrein tussen de rijksweg Rotterdam-Hoek van Holland en het NS station Schiedam. Op dat braakliggende stuk grond speelde tot kort daarvoor de voetbalclub Ursus. Zoals vermeld stonden daar weliswaar enkele grote kantoortorens gepland, maar volgens een andere wethouder (Wiegman) resteerde er in de richting Rotterdam voldoende grond om SVV een nieuw stadion te laten bouwen. Hoewel ook dat  voor problemen zou kunnen gaan zorgen, i.v.m. een eventueel aan te leggen supersnelle TGV-trein.

Zoals al gememoreerd haakte de verhuisplannen van SVV direct in op de herstructurering van de Schiedamse voetbalvelden, die al jarenlang bijzonder moeizaam verliep, o.a. in afwachting van ontwikkelingen rond een eventuele tweede Beneluxtunnel.  Hafkamp destijds: “Als SVV van Harga zou vertrekken, komen er vier velden en een aantal opstallen vrij, dan kan ik die problemen in een klap oplossen. Maar SVV en wij zullen eerst wat vingeroefeningen moeten doen voor er een concreet plan op tafel komt. Voorlopig weten wij ook niet wat de heer van Dijk precies in gedachten heeft” (?). (Al zag hij over het hoofd dat er voor de amateurafdeling van SVV - met haar steeds verder uitbreidende jeugdafdeling - ook nog plaats zou moeten zijn). Van Dijk (die tijdens het overleg met het stadsbestuur vier mogelijke locaties zou hebben genoemd) : “Zoals ik op mijn beurt ook niet weet wat de gemeente wil en kan doen”. Natuurlijk zou de bouw van zo’n nieuw stadion voor beide partijen (financiële) konsekwenties hebben. Zou worden vervolgd . . .

 

SVV gaat over drie maanden bouwen”. “Gemeente Schiedam moet beslissen over locatie”. “SVV gaat na de zomer bouwen”. “SVV stadion in Bijdorp”. Het leek allemaal vrij definitief. Al zou dat wel betekenen dat de club haar eredivisie wedstrijden het volgend seizoen nog op het oude Harga zou moeten spelen, uitgezonderd een aantal risicowedstrijden.

De eerder genoemde locatie rond de oude terreinen van de voormalige amateurclub Ursus  gaf ook meteen weer de nodige heisa. De club was na het vertrek van “Sportpark de Langen Bogert” ingetrokken bij HBSS op Harga. De club (die wist dat het haar terrein op termijn zou moeten verlaten) vond het maar vreemd dat “big business & money” kennelijk weer voorrang kregen. SVV leefde dus niet bij iedereen in Schiedam, zoals later duidelijk zou blijken .. . . .

 

We schrijven februari 1990. Het leek allemaal vrij definitief. Als het aan de gemeente en SVV lag zou dat nieuwe stadion (inclusief trainingsfaciliteiten, die een extra buffer zouden moeten vormen tussen het stadion en de huizen van de wijk en het stadion zou ook niet bereikbaar zijn via het wijkje zelf ) gebouwd gaan worden in de wijk Bijdorp en wel op de voormalige velden van de amateurclubs VVK en Olympus. Deze beide verenigingen zouden dan dit complex moeten verlaten. VVK was dat overigens al lang van plan, Olympus nog niet. Die zouden dan verhuizen naar de vrijgekomen velden van SVV op Harga, waar de amateur afdeling en de jeugd van SVV overigens zouden blijven spelen. Zo rond de zomervakantie zou een begin gemaakt kunnen worden met de bouw. . . . .

 

De locatie Bijdorp was gekozen om de ligging ervan. De bouwplek lag precies tussen de snelweg A20 en de trein in. Bij de NS zou geïnformeerd gaan worden of er nabij het te bouwen stadion een in- of uitstapplaats gemaakt zou kunnen worden. Dit alles om de eventuele belasting van de wijk (met zo’n 200 inwoners) zo laag mogelijk te houden. Mochten de wijkbewoners geen vertrouwen hebben in de woorden van de wethouder en de SVV-voorzitter en dwars gaan liggen, dan zouden de gemeente en SVV op voorhand al geen procedure gaan starten om toch hun zin te krijgen. Die procedures zouden veel te lang gaan lopen en die tijd was er niet. De bouwkosten zouden voor rekening komen van SVV (c.q. de SIM), de grond zou door de gemeente in erfpacht gegeven worden. Optimisme alom dus. Nou, dat viel tegen!

 

Feit was dat de bewonersvereniging van Bijdorp nogal geschrokken was. Alle krachten werden gemobiliseerd en de tegenstand was groter dan verwacht. Unaniem was de wijk “tegen”! Bijdorp sleep de messen voor een confrontatie met de sportwethouder en de SVV-voorzitter.

009.jpg

Bewonersvergadering van de wijk Bijdorp

En op voorhand meldde de bewonersvereniging van het gebied rond de  wijk Nieuwland/Parkweg ook al de nodige bezwaren . . . .  

“Van mij mag SVV kampioen worden, maar niet in mijn wijk” was de algemene teneur.

Bij een bijeenkomst in het wijkcentrum ’t Trefpunt liepen de emoties dan ook hoog op. Wethouder Hafkamp begon zijn bijdrage met te zeggen dat bij grote tegenstand hij niet van plan was de bouwplannen door te drukken. Tsja, dat was ook een manier van onderhandelen. Hij dreigde ook nog even een “artikel-19 procedure”. Dit hield in dat de gemeente een vergunning kon verlenen voor de bouw van een stadion, ook al was dat niet in overeenstemming met het bestemmingsplan. Die vergunning moest dan wel overeenstemmen met het bestemmingsplan dat in de maak was. Voorzitter Cees Prein (samen met zijn vrouw Sjaan een “legende” in de wijk) van de bewonersvereniging maakte zich hier echter geen zorgen over: “Als zij een procedure kunnen beginnen, dan kunnen wij dat ook. En dan zijn we gauw een paar jaar verder. Desnoods nemen we een advocaat in de arm”. De avond was bedoeld om te discussiëren over de komst van het stadion, maar voor de bewoners stond het al vast: dat stadion mocht er niet komen. Natuurlijk kon je verwachten dat de bewoners van Bijdorp niet meteen de (rood-groene) vlag uit zouden hangen, maar dat de stemming zo negatief zou zijn was voor Hafkamp en van Dijk – ondanks enkele best redelijke toezeggingen - wel erg teleurstellend. De wethouder: “Ik had die weerstand wel enigszins verwacht, maar had gehoopt dat we een discussie op gang zouden kunnen brengen. Het is weinig zinvol om als gemeente tegen de wil van de eigen bevolking in te gaan. Het wordt nu toch wel moeilijk”. Zelden zal een gemeentebestuur zo goed naar haar inwoners geluisterd hebben . . . . .

 

Boze tongen beweerden toen al dat er op het Schiedamse stadskantoor niet al te erg getreurd werd over deze ontwikkeling . . .  Nu moet gezegd worden dat de plaatselijke en regionale pers toen ook niet bepaald een lans voor SVV heeft gebroken. Zo in de trend van: kom op gemeente, kom op Schiedammers, zoek een oplossing!

Opnieuw zou moeten worden uitgekeken naar een andere geschikte locatie. De arbeidersclub stond op het punt terug te keren naar de top van het vaderlandse voetbal, maar moest in eigen stad leuren om een thuishaven . . . .!

Toen al moest John van Dijk gemerkt hebben dat niet “heel Schiedam” achter de club stond. Diezelfde tendens bespeurde hij trouwens bij het lokale bedrijfsleven. Bijna 90% van de toenmalige sponsors van SVV was niet uit Schiedam afkomstig . . . .

De moeizame relatie tussen de gemeente Schiedam en de vereniging SVV was overigens niet nieuw. Al in 1914 (!) maakte toenmalig secretaris G. Frudiger in het jubileumboekje t.g.v. het 10-jarig bestaan van de club (SVV was toen de hoogste spelende vereniging van Schiedam) gewag van het volgende:

 

Jammer is het intusschen dat ons Gemeentebestuur ons terrein (het terrein naast de werf Smulders), dat verleden jaar op zijn mooist was, te veel laat gebruiken, wat niet anders ten gevolge zal hebben dan dat het een terrein zal worden waarop menige speler zich nog zal bezeeren. Schiedam heeft te weinig sportterreinen, vandaar dat SVV’s terrein er aan moet geloven. SVV zelf, die haar elftallen wegens terreingebrek al moet beperken tot vier, ondervindt dat vanzelf het ergst. Ik hoop dat onze vroede vaderen ook voor onze voetbalsport meer gelegenheid zullen bieden, zodat SVV in de eerste plaats het terrein voor hare spelers alleen zal mogen gebruiken, wat niet anders dan ten goede aan de ontwikkeling der vereeniging zal komen. Het terreinvraagstuk is reeds enkele jaren lastig en moeilijk geweest, het wordt zelfs eentonig en het slot is dat we minder, heel veel minder zijn geworden. Wanneer het ogenblik is dat we “beter” zullen worden? Ik hoop dat het niet ver van ons is, doch ’t is slechts hopen, hopen op den steun van ons Gemeentebestuur”.

Waarvan akte . . . . .

 

De zoektocht kreeg dus een vervolg. De volgende opties werden genoemd: een locatie aan de Paralelweg dichtbij station Schiedam en een locatie achter het nieuwe politiebureau (opnieuw problemen verwacht met bewoners). De problemen met de huidige locatie waren nagenoeg bekend: slechte aan- en afvoer, geen parkeergelegenheid e.d. Bovendien had de gemeente toen zeer waarschijnlijk al andere plannen met “Harga”, getuige de wijk die er de afgelopen jaren is ontstaan . . . . Ook werd de mogelijkheid geopperd te gaan bouwen op de locatie die tot voor kort bespeeld werd door Hermes DVS (waar inmiddels ook een woonwijk is ontstaan). Die club zou dan eventueel naar de wijk Woudhoek kunnen verhuizen.

Tijdelijke inwoning bij Sparta op het Kasteel (zeker voor de risicowedstrijden) leek op een gegeven moment nog de enige mogelijkheid, al had wethouder Hafkamp de hoop op een stadion in Bijdorp nog niet helemaal opgegeven, gezien ook de beperkte ruimte (?) die in Schiedam voorradig was. Zo niet, dan leek nieuwbouw op Harga toch nog een van de weinig overgebleven mogelijkheden, met alle bezwaren van dien.  Al stak ook de bewonersvereniging Schiedam Zuid SVV een hart onder de riem, door te verklaren dat men in de Gorzen (bijvoorbeeld op het terrein van de voormalige werf Gusto) geen enkel bezwaar had tegen een eventuele terugkeer naar de bakermat. Die bewonersvereniging zag een terugkeer van SVV naar de Gorzen – waar nog steeds zo’n 6 – 7.000 ras-Schiedammers woonden – helemaal zitten. De oprechte Gorzenaars betreurden het immers nog steeds dat SVV zo’n 30 jaar eerder het plekje aan de rand van het Sterrebos/Havendijk had moeten inruilen voor sportpark Harga. De grond van het voormalige Gusto-terrein was particulier eigendom, wat wellicht een financieel voordeel zou kunnen zijn voor SVV, omdat het dan niet met de erfpachttarieven van de gemeente zou worden opgezadeld. Angst voor vandalisme had men in de Gorzen kennelijk niet. Voorzitter Albert Bons: “Als die supporters toch naar de wijk willen, zetten we gewoon de bruggen open. Dan kan niemand er meer in. Voor de Gorzenaren zelf laten we een pontje varen van SVV naar het Hoofd”.  Een nieuw SVV-stadion op het oude Gusto-terrein dus? Weinig kans! De bewonersvereniging Schiedam Oost moest er niet aan denken . . . . Welkom in Schiedam!

Voorlopig was SVV nog op het oude Harga aangewezen, maar dat was dus niet geschikt voor het spelen van wedstrijden op eredivisie-niveau.

 

Alle commotie over de bouw van een nieuw stadion had de sportieve resultaten van de club enigszins naar de achtergrond verwezen. Met 37 punten uit 23 duels (toen nog 2 punten voor een overwinning) stond SVV fier aan de kop in de eerste divisie en promotie naar de eredivisie was een kwestie van tijd.

 

Op zaterdagavond 3 maart 1990 woonde een deel van het college van B&W de wedstrijd SVV-Heerenveen (2-0) bij! Ook burgemeester Reinier Scheeres concludeerde bij deze gelegenheid dat SVV aan een nieuw stadion toe was: “Wanneer SVV volgend seizoen in de eredivisie speelt, zullen er meer veiligheidsmaatregelen moeten worden genomen. Ik heb begrepen dat SVV volgend seizoen mogelijkheden heeft om bij risicowedstrijden uit te wijken naar Rotterdam. Dat juich ik toe, want voor topduels is Sportpark Harga niet geschikt”. Dat eventuele uitwijken naar Spangen leek voor de gemeente dus weer een alibi om niet al teveel haast met e.e.a. te maken. . . . .

 

We schrijven half maart 1990 en John van Dijk leek een beslissing te hebben genomen. SVV ging alle wedstrijden in het seizoen 1990-1991 op het Kasteel van Sparta spelen. Harga geschikt maken voor eredivisievoetbal was duur en dan nog zou voor een zes- of zevental wedstrijden moeten worden uitgeweken naar Spangen en Van Dijk hoopte met de verkoop van een flink aantal sponsorboxen zo de huur van het stadion te kunnen bekostigen. SVV zag het verblijf in Rotterdam duidelijk als een tijdelijke oplossing. De club bleef streven naar nieuwbouw elders in Schiedam. Wel viel de mogelijkheid om samen met Sparta een nieuwe accommodatie neer te zetten al snel af. Sparta voelde daar niets voor. Die club wilde tot minimaal 2010 – het jaar waarin het huurcontract met de gemeente Rotterdam zou aflopen – op Spangen blijven.

In diezelfde periode liet wethouder Hafkamp zich ontvallen: “Ik kan het de heer Van Dijk niet kwalijk nemen dat hij, op zoek naar een thuisbasis voor SVV, over de gemeentegrenzen kijkt. Er zijn hier weinig plaatsen waar een stadion gebouwd kan worden”, constateerde hij. Het (tijdelijke?) vertrek van SVV naar Rotterdams grondgebied had voor de gemeente het plezierige gevolg dat daarmee in één klap een heet hangijzer werd weggenomen, anderzijds raakte de stad Schiedam toch een soort van topevenement kwijt. De wethouder:  “Natuurlijk is het best leuk wanneer SVV het goed doet, maar het is niet zo dat dat succes een wezenlijke bijdrage levert aan de Schiedamse samenleving. Ook al speelt de club in Rotterdam, de S blijft toch voor Schiedam staan”. Met zulke vrienden had je geen vijanden meer nodig . . . . 

 

Ondanks dat de overeenkomst met Sparta zo goed als beklonken leek, kwam daar toch vrij onverwacht het bericht: bij promotie naar de eredivisie zou SVV haar thuiswedstrijden in het seizoen 1990-’91 gaan spelen in het Feyenoord-stadion. De bouwplannen voor een nieuw stadion in Schiedam waren op de lange baan geschoven en Van Dijk koos voor deze tussenoplossing. Over het hoe en waarom en over de voor- en nadelen kon/kun je oeverloos blijven twisten. John van Dijk koos dus alsnog voor de Kuip. Hij zal er zijn redenen voor gehad hebben. Het valt nauwelijks te ontkennen dat sentimenten hierbij een rol gespeeld hebben, maar ook zakelijke overwegingen hebben zeker een rol gespeeld. Natuurlijk vond de SVV-voorzitter het leuk om een lange neus te maken naar de club uit Rotterdam-Zuid. Maar de belangrijkste reden voor het kiezen voor de Kuip noemde hij de grotere mogelijkheden voor het aanbrengen van reclameborden. Bovendien kon hij in de Kuip meer business-seats verkopen. Nog een reden om naar de Kuip te verhuizen was voor SVV om niet tegelijk thuis te moeten spelen met Feyenoord.  Ook de spelersgroep had toen een lichte voorkeur voor Rotterdam-Zuid.

“Grootheidswaanzin” een soort van “wraak” t.o.v. Feyenoord of een verkeerde inschatting? Het is nooit helemaal duidelijk geworden. Misschien van alle drie wat.

Ten behoeve van de Schiedamse aanhang was van Dijk in onderhandeling getreden met de NS om op wedstrijddagen een speciale trein uit Vlaardingen en Schiedam naar de Kuip te laten rijden.

 

Inmiddels was op sportief gebied de “magische” grens van 51 punten gepasseerd en de spelers verdienden die laatste wedstrijden (relatief) geld als water.

 

Het is zondag 8 april 1990. Een historische dag voor SVV. Na bijna 20 jaar (na de degradatie uit de eredivisie in 1970) min of meer in de anonimiteit van de eerste divisie te hebben vertoefd, stond de club op het punt terug te keren naar de top van het vaderlandse voetbal. Door een 1-1 gelijk spel (doelpunt van Virgil Breetveld) op Woudestein tegen Excelsior werd de titel (uiteindelijk met 15 punten voorsprong op nummer 2 NAC en met Peter van Velzen weer topscorer van het betaalde voetbal)) in de wacht gesleept. Voorzitter John van Dijk (“SVV is een deel van mijn leven geworden”) en trainer Dick Advocaat vielen elkaar in de armen:

010.jpg

John van Dijk en Dick Advocaat vlak voor het behaalde kampioenschap

 

Vele jeugdige en oudere supporters waren meegereisd naar Rotterdam. De titel werd groots gevierd en begon met een boottocht door de havens van Rotterdam, eindigend op het Hoofd in Schiedam Zuid (de Gorzen!), waar enkele duizenden mensen de kampioenen opwachtten.

Feest in de Gorzen!!

Ook het marktplein bij het Schiedamse stadhuis was behoorlijk vol gestroomd (zo’n 4.000 man), alwaar burgemeester Scheeres de SVV’ers toesprak e.o. zei “dat het kampioenschap van SVV en de daaruit voortvloeiende promotie ook een enorme promotie voor de stad Schiedam was”. Jazeker, dat dan weer wel! En John van Dijk: “Ontzettend bedankt voor jullie onthaal. Het is fantastisch wat jullie vandaag voor ons betekend hebben. We gaan eventjes weg uit Schiedam, maar komen terug, en ik hoop dat jullie dan ook allemaal naar ons stadion komen”. Die gedenkwaardige dag werd afgesloten met een daverend feest op Harga (waar op zondag 22 april 1990 tegen PEC Zwolle naar later zou blijken de laatste keer in competitieverband betaald voetbal zou worden gespeeld) in een speciaal daarvoor opgezette enorme tent. Heel SVV waande zich in een andere wereld en voorzitter/sponsor John van Dijk was na Sint Liduina de nieuwe “heilige” van Schiedam. Tijd om het ijzer te smeden toen het heet was dus. . . .

SVV kon zich gaan opmaken voor de eredivisie. Was de club er klaar voor? Qua spelersmateriaal ja, qua accommodatie nee. De bedoeling van de technische en zakelijke leiding was dat er binnen drie jaar gestreden moest worden om een plaats die recht gaf op Europees voetbal. Que sera sera. . . .

Ook in de onderbouw zat het – zoals eerder aangehaald – uitstekend. De grotendeels door Wim Jansen zelf gescoute F- en E-selecties behaalden met overtuiging alle titels en toernooien binnen.

 

M.i.v. het seizoen 1990-’91 maakte SVV dus weer deel uit van het vaderlandse elitekorps, de eredivisie. Dat jaar trouwens omgedoopt tot PTT-telecompetitie. Om ook daar een rol van betekenis te kunnen spelen werd weer behoorlijk ingekocht. Daarbij was het aantrekken van Feyenoord-doelman Joop Hiele het meest spectaculair. Ook werd de begroting – die was afgestemd op een totaal aantal toeschouwers van 80.000 - opgeschroefd. Aan een herhaling van het seizoen 1969-’70 wilde de autohandelaar niet denken: “Ik ben geen man om onderaan te bengelen”. Met Dick Advocaat werden gesprekken gevoerd over contractverlenging. Wim Jansen had een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.

 

Intussen – zomer 1990 - werd voorlopig een streep gehaald door de plannen om elders in Schiedam een multifunctioneel stadion van de grond te krijgen. Nieuwbouw of een grondige renovatie van het eigen Harga leek nu de uitkomst te zijn geworden. Daarbij hoopte de club dat de gemeente financieel zou kunnen/willen bijdragen aan het realiseren van dat project, bijvoorbeeld op het gebied van infrastructuur. Het voor Van Dijk zakelijk zo aantrekkelijke multifunctionele stadion bleek daar niet mogelijk. Het bestemmingsplan zou zulks niet toelaten. Elders op het park kennelijk ook niet. En als we de huidige situatie op Harga bekijken begrijpen we wel waarom. . .  De gemeente liet weten in afwachting te zijn van het concrete bouwplan van SVV c.q. John van Dijk.

Het kwam er dus op neer dat SVV Harga “trouw” zou blijven. In wat voor vorm dan ook. De club werd ook nog eens door de KNVB onder druk gezet om vaart te zetten achter de plannen voor de nieuwe accommodatie. De voetbalbond stelde een kant en klaar bouwplan als harde eis om maximaal een jaar lang in de Kuip te mogen spelen. Aannemer Ballast Nedam zou de tekeningen presenteren. Het nieuwe complex zou een capaciteit van maximaal 10.000 toeschouwers krijgen. In dat complex wilde van Dijk ook een sportcentrum en een sauna kunnen onderbrengen.

Als verantwoordelijke voor de openbare orde stelde burgemeester Scheeres de eis dat supporters van de bezoekende club direct naast het stadion uit de trein konden stappen. Die eis bracht dus ook de NS weer in beeld. Volgens de nieuwe sportwethouder Bart de Leede (GroenLinks) was Harga “feitelijk de enig overgebleven mogelijkheid voor een nieuw SVV-stadion”.  Hij zei er ook bij “dat andere locaties net als in het geval van Bijdorp tot teveel protesten zouden

leiden van de kant van de bevolking”. Over indekken gesproken. Hij zei in afwachting te zijn van de definitieve bouwtekeningen . . .

“SVV is dus nu aan de beurt”, aldus de wethouder.

SVV penningmeester Ton Krijnen zag toen de bui al hangen. “We zijn bezig met Harga, maar er zitten ontzettend veel haken en ogen aan deze locatie. De plek is moeilijk geschikt te maken voor een stadion dat aan alle (veiligheids)eisen moet voldoen”. Bovendien zou het nieuw te bouwen stadion ook meer ruimte in beslag gaan nemen. Wat problemen zou kunnen gaan geven voor bijvoorbeeld de naast gelegen handbalclub UVG en voetbal- en honkbalvereniging Schiedam (inmiddels al enkele jaren verhuisd naar de wijk Bijdorp op de locatie waar SVV plannen had aldaar een nieuw stadion neer te zetten (!) Krijnen:  “Wat ons betreft is nu de gemeente aan zet. Wij willen beslist niet de Zwarte Piet toegespeeld krijgen als de bouwplannen ten koste mochten gaan van onze buren. Dat is echt een zaak van de wethouder”. Over deze opmerking was die wethouder dan weer verbaasd: “Ik heb nog geen bouwplan gezien. Dan kan ik toch moeilijk met eventueel gedupeerde buren om de tafel gaan zitten. De gemeente Schiedam zal er alles(?) aan doen om SVV een geschikte locatie te bieden, maar eerst de concrete plannen graag”. Je kan als sportwethouder natuurlijk ook proactief zijn!  Zo werd het toch een soort langs elkaar heen praten.

Daarentegen kwamen van de kant van de politie toch enigszins bemoedigende berichten. Die zeiden goede hoop te hebben dat een nieuw stadion van SVV op dezelfde plek wel degelijk aan de strenge veiligheidseisen zou kunnen voldoen. Volgens hen zouden er voldoende manieren zijn om het nieuwe complex tot een veilig stadion te maken. De politie stelde wel de alleszins redelijke eis om uitvoerig bij de plannenmakerij (zoals ook goede aan- en afvoer voor het verkeer en parkeergelegenheid) te worden betrokken. Ook hier een taak/uitdaging voor de gemeente dus.

 

Onder grote belangstelling van zowel pers als publiek werd aan de training voor het nieuwe seizoen (1990-’91) begonnen. Op de persconferentie in het Feyenoord stadion sprak Van Dijk nog de hoop en de verwachting uit dat in oktober (1990) de eerste paal voor het nieuwe moderne SVV-complex de grond in zou gaan. Financieel was het geen probleem, alleen de exploitatie vroeg nog om een oplossing, aldus de voorzitter. Ballast Nedam zou al hebben toegezegd dat – mits die eerste paal inderdaad in oktober de grond in zou gaan – er m.i.v. 1991-’92 op het nieuwe complex zou kunnen worden gespeeld. . . .

 

In de oefencampagne waren Anderlecht (gewoon op Harga voor ruim 3.500 enthousiaste toeschouwers en een fraaie 2-0 overwinning) en – opnieuw – Barcelona zeer aantrekkelijke tegenstanders. Tegen de Spaanse kampioen werd in de Kuip in de laatste minuut met 1-0 verloren. Het aantal toeschouwers bij dat duel in Rotterdam-Zuid (5.000) was eigenlijk een beetje teleurstellend. Een teken aan de wand? De technische staf was intussen erg gewild, want niemand minder dan Johan Cruijff prees Wim Jansen aan als de ideale nieuwe bondscoach en PSV voelde wel voor een verbintenis met Dick Advocaat. Het kwam er niet van. Wel kreeg Dick Advocaat de volle medewerking van John van Dijk om bij Rinus Michels assistent-bondscoach te worden. Een dubbelfunctie dus voor de “Kleine Generaal”.

 

Op woensdag 29 augustus 1990 ging voor SVV de competitie van start. John van Dijk’s wens om dan Feyenoord “thuis” als eerste tegenstander te hebben werd verhoord. Bijna 30.000 toeschouwers zorgden voor een goed gevulde Kuip en een goedgevulde kas voor de SVV-penningmeester. Het werd geen sprankelend duel, maar met de uiteindelijke 0-0 was men in het Schiedamse kamp best tevreden.

012.jpg

Goedgevulde tribunes bij SVV – Feyenoord

Voor 14 september 1990 stond een bijeenkomst gepland tussen het SVV-bestuur en een delegatie van de gemeente. De bedoeling was daar een concreet bouwplan te presenteren. In dit kader was de handbalvereniging UVG  al medegedeeld dat zij haar complex, dat direct naast dat van SVV lag, zou moeten verlaten. Dit om ruimte te kunnen maken voor de nieuwbouw van SVV en de daarmee verband houdende infrastructuur. De gemeente deed UVG het volgende voorstel: sportpark Bijdorp zou de plek worden waar UVG haar bestaan moest

voortzetten . . . . Maar wethouder Bart de Leede zei er wel meteen bij “UVG niet te willen dwingen”. Waar hadden we dat eerder gehoord . . . .

Al snel werd duidelijk dat het Schiedamse publiek niet massaal de gang naar de Kuip zou maken, ook al omdat de NS niet bereid was bij de thuiswedstrijden extra vervoer in te zetten. Vooral voor veel oudere supporters was de reis naar Rotterdam-Zuid een te groot bezwaar. Daardoor leek het of de club elke week een uitwedstrijd speelde. Het aantal supporters dat de club in het voorgaande successeizoen had gekweekt raakte men even snel weer kwijt. Peter van Velzen hierover: “SVV heeft ook geen echt grote aanhang. SVV heeft nieuwsgierige mensen”.  Men verlangde nu al terug naar het oude vertrouwde Harga!

 

SVV had inmiddels nog een alternatief voor een nieuw stadion aangedragen: de terreinen van het toenmalige SVDPW, die qua infrastructuur een gunstiger ligging hadden dan het eigen Harga. Die club zou dan op een van de vrijkomende velden van SVV speelgelegenheid inclusief clubgebouw krijgen.

Door zich aan de noordrand van Harga te vestigen – waar de gemeente op langere termijn een economische bestemming nastreefde – kon SVV in dat “Kleine Galgenwaard” wel kantoorruimten en sportfaciliteiten aan de man

brengen om de exploitatie sluitend te krijgen. Door deze verhuizing van SVV zou UVG op Harga kunnen blijven. De gemeente had eigenlijk rekening gehouden met nieuwbouw op locatie, Harga dus. Overleg opnieuw maar weer uitgesteld. Wel werd snel duidelijk dat ook het bestemmingsplan aan de noordrand van Harga de bouw van een voetbalstadion niet toeliet. Als we daar nu een kijkje nemen, snappen we waarom. Hoewel de gemeente destijds deed voorkomen dat deze locatie voor kantoorruimten bestemd zou zijn. De stadion-plannen moesten opnieuw aangepast worden. Meer dan een behoorlijk ingrijpende renovatie (capaciteit voor ruim 8.000 toeschouwers) leek er op een gegeven moment niet in te zitten. “Je wordt er gek van”, wilde John van Dijk nog kwijt. De relatie tussen de SVV-voorzitter en de gemeente Schiedam bekoelde steeds meer.

Intussen waren de bouwwerkzaamheden op het eigen Harga nog altijd niet begonnen. Zoals gezegd was het bouwen van een multifunctioneel stadion daar niet mogelijk. Dat werd – mede – tegengehouden door sportwethouder Bart de Leede. Het bouwen van kantoren zou niet kunnen in een sportpark gezien de bestemmingsplannen . . . . Van Dijk kon die houding van de gemeente maar matig waarderen: “Erg teleurstellend. Ik begrijp ze niet. Ze willen het liefst dat we op Harga voetballen, maar de medewerking is niet optimaal. Dat we geen kantoorruimten mogen realiseren belemmert de investeringsmogelijkheden”. Zoals de zaken er toen (oktober 1990) voorstonden was het plan om in januari 1991 met de bouw in afgeslankte vorm te gaan beginnen. De gemeente wenste hooguit wat infrastructurele maatregelen voor haar rekening te nemen.

 

Intussen begonnen in Schiedam allerlei “indianenverhalen” de ronde te doen omtrent het “nieuwe” SVV-onderkomen. De plannen om binnen de stadsgrenzen een nieuw onderkomen te verwezenlijken hadden intussen wel voor de nodige onrust gezorgd. Eerst stond de wijk Bijdorp op stelten. Dat bewonersverzet had  (opmerkelijk snel) effect. Vervolgens streek de nieuwe eredivisieclub (in gedachten) neer op de toenmalige locatie sportpark Harga. Dat maakte niet alleen de handbalvereniging UVG tot lijdend voorwerp, maar vormde ook de basis – zoals het stadskantoor het noemde – van die indianenverhalen rond de complexen van de voetbalvereniging SVDPW en de hockeyvereniging Spirit, die volgens de geruchten dan inwoning zouden krijgen van UVG. Tijd voor allerlei procedures was er inmiddels niet meer, want de KNVB verlangde dat er in augustus 1991 een aan de eisen voldoend stadion was. Het plan was dat SVV op zeer korte termijn een bouwplan zou indienen. Wethouder de Leede was van mening dat SVV ook een verantwoordelijkheid droeg voor een eventuele verhuizing van buurman UVG. Zijn uitgangspunt was dat de “pijnlijke” gedwongen verhuizing die club niet voor extra onkosten mocht plaatsen. Volgens de wethouder had die club op die plek een behoorlijke historie. Ja, dat zou je ook een “oplossing” van het probleem kunnen noemen . .. . . .

 

Toch was daar begin december 1990 vrij onverwacht het bericht Nieuwbouw van SVV is van de baan. SVV gaat in Sportpark Harga geen nieuw stadion bouwen. Het zou slechts een renovatie worden, en dan nog niet eens een erg spectaculaire. In de plannen die de club toen voor ogen had werd slechts gesproken over renovatie van de bestaande accommodatie. Het was de bedoeling dat de staantribune aan de lange zijde zou worden vervangen door een overdekte zittribune, waarin kleedkamers, bestuur- en sponsorruimte, een medisch onderkomen en een krachthonk zouden worden ondergebracht. De onoverdekte staantribunes aan de korte zijden zouden worden vervangen door twee overdekte staantribunes. De bouwkosten werden geraamd op toch nog zo’n kleine 4 miljoen gulden. Met de kennis van nu zouden veel SVV’ers daarvoor getekend hebben. . . .  De gemeente had als eis gesteld dat voor 1 december SVV uitsluitsel zou moeten geven. Penningmeester Ton Krijnen liet weten zich door niemand onder druk te willen laten zetten. Er moest eerst zekerheid zijn over de financiële kant van het verhaal. Wat in dit geheel ook mee begon te spelen was de heersende teleurstelling over de publieke belangstelling van de achterban bij de “thuiswedstrijden” in de Kuip.(Hulde aan de vrijwilligers overigens die elke veertien dagen ervoor zorgden dat al die reclameborden van Harga naar de Kuip en weer terug geplaatst werden!). Ondanks alle bezwaren die daaraan kleefden, was de clubleiding toch wel “zwaar teleurgesteld” dat de aanhang SVV toch al snel had laten vallen. Kort gezegd: men ging steeds meer van de gedachte uit dat het wellicht echt niet de moeite waard zou zijn om erg veel geld te investeren in nieuwbouw. Het bestuur was van plan om hierover (de financiën) een sponsorbijeenkomst uit te schrijven. John van Dijk was natuurlijk ook niet gek. Die zag toen eigenlijk de bui al hangen: alle neuzen keken in zijn richting . . . . Krijnen voegde er nog aan toe: “Voor de geplande renovatie rekenen wij ook niet op een subsidie van de gemeente . . . “

Puur sportief gezien ging het allemaal echt zo slecht niet. Na de spectaculaire

4-2 overwinning op FC Den Haag stond SVV met 13 uit 14 (toen dus nog slechts 2 punten voor een overwinning) in de middenmoot gelijk met Feyenoord en een punt voor Sparta en overwinterde de selectie aan de warme Portugese Algarve.

 

“Hardnekkig stilzwijgen SVV vervult wethouder Bart de Leede met bezorgdheid over voetbalstadion”.

Zo langzamerhand was er een fase aangebroken in wat je best een soap zou kunnen noemen. Een fase van wederzijdse ontkenning en elkaar de zwarte piet toespelen. Ook bij de nieuwjaarsreceptie kwamen beide partijen niet verder dan het uitwisselen van de beste wensen. De Leede ontkende pertinent dat de gemeente niet meewerkte/meedacht aan de plannen van SVV. Aan die kant werd daar toch anders over gedacht. De wethouder kwam ook nog terug op de eerdere bouwplannen in de wijk Bijdorp. Hij noemde dat geen realistisch plan (?!), maar wat dan wel? Hij verweet Van Dijk het oplaten van “proefballonnen”. Ja, die moest wel. Van de kant van de gemeente kwam men nooit met plannen die dan wel realistisch waren. Het begon verdacht veel op een patstelling te lijken. Volgens de Leede was nu SVV aan zet, al gebiedt de eerlijkheid te zeggen dat het uit dat kamp ook allemaal wel een beetje vaag bleef. Of  broeide er iets. . . ? Ook volgens oud-voorzitter Martin de Jager was het voor SVV van levensbelang dat de club zo snel mogelijk in een eigen stadion zou voetballen.

Geen SVV’er die het niet met hem eens kon zijn. . . . .

 

Februari 1991.

Eigenlijk toch min of meer als een donderslag bij heldere hemel verschenen daar de berichten dat “SVV en Sparta een fusie zouden overwegen”!  Het stond er zo kil, maar wat maakte het weer veel los! Aanvankelijk waren beide clubs met elkaar in overleg getreden met de bedoeling eens te kijken of er niet de mogelijkheid bestond dat SVV haar risicowedstrijden in het seizoen 1991-’92 op Spangen zou kunnen spelen, om dan de overige duels gewoon op Harga af te werken. Het zou zo de huishoudens van zowel Sparta als SVV beduidend goedkoper kunnen maken. Maar van het een kwam het ander, met de geruchten over een fusie als resultaat. De Schiedamse wethouder van sportzaken had er zo zijn eigen mening over en van oer-Spartaan Tinus Bosselaar mocht op het rood-witte (!) shirt best ook het embleem van SVV komen te staan. . . . .

Op een gegeven moment leek het er sterk op dat de kogel – in dit geval de fusie – door de kerk was. Er werd al gesproken over de technische staf (Jansen/Advocaat), de begroting, de spelersselectie, bestuurssamenstelling en – natuurlijk – een nieuwe naam. Emotioneel gezien een van de hete hangijzers. Nog los van de financiële voetangels en klemmen. Daar kwam nog bij dat geen van beide partijen wilde toegeven wie het initiatief hiertoe had genomen. Maar er kon wel vanuit gegaan worden dat Sparta m.b.t. naam en clubkleuren weinig of geen water bij de wijn zou doen. De naam van de shirtsponsor leek wel duidelijk . . .  Hoe het ook zou aflopen, inmiddels leek het ook duidelijk dat zelfs van een ingrijpende innovatie van Harga geen sprake zou zijn. . . . .  Over soap gesproken. Er broeide dus wel degelijk iets . . . . .

Wethouder Bart de Leede (toevallig van oudsher zelf Sparta-supporter . . .), die door John van Dijk (die in de pers steeds meer te maken kreeg met de nodige kritiek, “ de redder van SVV laat de club verdrinken in de Kuip en probeert zelf het hoofd boven water te houden”) al wel op de hoogte was gebracht van de plannen, vond het “van lef en denkkracht getuigen dat SVV samenwerking zoekt met Sparta”. Allicht, die was daarmee van een groot probleem verlost. Voor de SVV-voorzitter was nieuwbouw op Harga niet wenselijk. Hij wilde als sponsor rond een stadion nu eenmaal ook andere activiteiten kunnen ontplooien.  Dat scheen daar dus niet mogelijk te zijn. De Leede: “De mensen die een binding hebben met SVV zullen wel een paar keer moeten slikken. Toch geloof ik dat een sterke club die in Rotterdam-West komt te spelen ook aantrekkingskracht op de liefhebbers uit Schiedam zal hebben. Laat ik voorop stellen dat dat mijn persoonlijke oordeel is, maar het lijkt mij dat het alleen maar een goede zaak is dat SVV en Sparta proberen het draagvlak voor het betaald voetbal te versterken. Zoiets als een nieuwe naam lijkt mij dan niet meer dan een detail”(?!). Om daar nog aan toe te voegen: ”Mijn verwachting is dat de gemeente Schiedam in deze ontwikkeling niet op de rem gaat staan”. Je verzint het niet. Het is al eerder aangehaald: met zulke vrienden heb je geen vijanden nodig.

Vreemd genoeg was er bij de doorgewinterde aanhang van SVV meer weerstand tegen de eventuele fusie dan die bij Sparta. (Bingokoning Gerrit Suttorp: “Iedereen laat Van Dijk vallen. Ik heb daar geen goed woord voor over. Die man kan zich niet blijven permitteren om geld aan zijn bedrijf  te onttrekken en dat in SVV te stoppen”). Bovendien leken de sponsors van die club – o.a. Hans Textiel, oud-shirtsponsor van SVV – een fusie wel toe te juichen. De textielgigant meende dat een historisch instituut als Sparta nooit kapot zal gaan, maar was die mening niet toegedaan betreffende het voortbestaan van SVV. Van Heelsbergen: “Het zal voor Van Dijk sowieso ontzettend moeilijk zijn om zonder support van de gemeente het niveau van een sub-topper te bereiken”. Aan alles was te merken dat Sparta zich de “bovenliggende” partij voelde. Ze waren daar ook niet gek (de gewiekste Floor Bouwer zeker niet) en wisten drommels goed dat het er voor John van Dijk na de tegenvallers van dat seizoen financieel niet gemakkelijker op was geworden. SVV-penningmeester Ton Krijnen echter: “Het moet natuurlijk niet zo zijn dat wij alleen maar geld en spelers inbrengen”. Vrije Volk journalist Jan D. Swart in zijn column:

“De snelheid waarmee Sparta jacht maakt op de aangeboden inboedel van SVV wordt naar mijn stellige overtuiging ingegeven door de zekerheid dat Sparta daarbij geen enkele emotie hoeft prijs te geven. Sparta fuseert niet met SVV, SVV wordt gewoon geadopteerd. De enige concessies die Sparta zal moeten doen zijn plezierige. Wim Jansen wordt technisch directeur, Dick Advocaat coach. John van Dijk wordt vice-president en Joop Hiele mag in de goal, een paar leuke spelers cadeau en een aantal extra sponsors. Voor SVV betekent deze manoeuvre het einde van nationale bekendheid. De gemeente Schiedam zal daar blij mee zijn. Daarmee is de zondagsrust verzekerd”.

De plannen van de tot voor kort nog zo ambitieuze Van Dijk bleken niet alleen ingegeven te zijn door de tegenvallende recettes van SVV in de  Kuip, maar zeker ook door de ineenstorting van de automarkt.

Hoe je het ook wendde of keerde, als SVV als zelfstandig betaald voetbal organisatie zou ophouden te bestaan, zou dat in den lande als een nederlaag van Van Dijk worden gezien. En als er iets was waar hij een hekel aan had, was het wel verliezen en bovendien was hij niet miljonair geworden, om weer miljonair-af te raken. . . .

 

Inmiddels werden er in zowel het Schiedamse als in het Rotterdamse kamp allerlei acties ondernomen om de fusie af te blazen. Een van de redenen waarom die uiteindelijk afketste was dat een groot deel van de SVV-sponsors zich sterk maakte voor een “terugkeer” naar Schiedam, naar Harga dus. Maar daar hing natuurlijk wel een financieel kostenplaatje aan! Harga had die sponsors niet zoveel te bieden en ook de aan-en afvoerwegen lieten wel het een en ander te wensen over. De nieuw gevormde sponsorcommissie ging hard en vol overgave aan het werk om SVV voor Schiedam te behouden. Die betreffende sponsors zouden een bedrag van 3 ton vertegenwoordigen. Maar dat was nog geen tien procent van de begroting. Volgens Van Dijk had hij – voor het geval de fusie niet door zou gaan – al een bedrijf gevonden dat bereid zou zijn om de nieuwe shirtsponsor van de club te worden (Levis Straus, MacDonald?).

“Gewoon” weer naar Harga dus?  Want dat “Gorzenclubje” mocht toch niet uit Schiedam worden weggehaald?!

 

We schrijven eind februari 1991. John van Dijk: “Het liefst blijf ik op Harga”. Volgens hem was het slechts de alsmaar toenemende macht van het geld die ertoe geleid had dat SVV en Sparta in elkaars armen zouden kunnen worden gedreven. En, voegde hij eraan toe: “niet te vergeten de houding van de gemeente Schiedam. Want als burgemeester Scheeres en wethouder De Leede ook maar een kleine handreiking zouden kunnen doen, dan zou hij bij wijze van spreken de onderhandelingen met Sparta meteen afbreken en zich storten op een nieuwe toekomst van SVV in Schiedam.

Het was niet helemaal duidelijk wat de voorzitter dan precies onder die handreiking bedoelde. Al was hij er vanuit gegaan dat de gemeente op zijn minst een gedeelte van de benodigde verbouwing op Harga voor haar rekening zou hebben genomen. Zeker op het gebied van veiligheid en infrastructuur. Ook hekelde hij de slechte omstandigheden waaronder de selectie moest trainen en scheen de gemeente er ook maar gemakshalve vanuit te gaan dat SVV ook voor

de kosten zou moeten opdraaien om de handbalvereniging UVG schadeloos te stellen. Op het stadskantoor bleef het stil. En Van Dijk was natuurlijk geen filantroop. Ook had hij de nodige kritiek op het Schiedamse bedrijfsleven. Zo had Hoek Loos – toch lange tijd een van de belangrijke sponsors – het contract opgezegd. En wat te denken van Wilton Fijenoord, een puur Schiedams bedrijf. Dat was sponsor van . . . Sparta!

Van Dijk baalde er nog steeds van dat de gemeente niet wilde meewerken aan een stadion op het complex van het toenmalige SVDPW. Aan de beter te ontsluiten noordrand van Harga dus. Nee, eredivisievoetbal op het toenmalige Harga was niet rendabel en een ingrijpende verbouwing was zonder financiële steun veel te duur en evenmin rendabel.

De fusie wankelde dus. De geslepen Sparta-voorzitter Floor Bouwer was op het idee gekomen de SVV-spelers zonder verdere persoonlijke garanties voor Van Dijk onder te brengen in de Stichting Sparta Rotterdam. Daar trapte de autodealer natuurlijk niet in!

Inmiddels had de in het leven geroepen sponsorcommissie aan het bestuur betaald voetbal van SVV haar rapport aangeboden. Hoofddoel was vanzelfsprekend SVV als zelfstandige betaald voetbalorganisatie te behouden voor Schiedam. Ook behelsde dat rapport bouwplannen voor onder meer een overdekte tribune aan de lange zijde met kleedkamers. Kosten zo’n 3 miljoen gulden. Er zouden al verschillende financiële toezeggingen binnen zijn (?!). Ook bij Sparta rees steeds meer weerstand tegen een fusie.

 

Na weken van afkeuringen was de eerste tegenstander na een lange winterstop . . . . Sparta! In een koude Kuip – voor nauwelijks 2.000 toeschouwers – werd het na een bloedeloze wedstrijd 0-0. Voor een veel beter SVV miste Breetveld een strafschop. En na een 2-0 overwinning op Fortuna S. was SVV op de ranglijst met 16 punten uit 17 wedstrijden – twee punten meer dan Feyenoord en Sparta – de hoogst geplaatste club uit de Rijnmond!! Sportief gezien voor een debutant lang niet slecht dus. Het beoogde doel van een punt per wedstrijd leek dus wel degelijk haalbaar. Wat, wanneer en hoe ging het dan “mis”?

 

Het is begin maart 1991. Roda JC had belangstelling getoond voor SVV’s trainer Dick Advocaat (die overigens nog een meerjarig contract had) en als klap op de vuurpijl legde Feyenoord bij John van Dijk het verzoek neer om zijn technisch directeur Wim Jansen af te staan om bij die club hoofdtrainer te worden en om de club uit Rotterdam Zuid uit de (zowel financiële als sportieve) misère te helpen! Van Dijk had met Jansen de stilzwijgende afspraak dat die voor 15 april van dat jaar zijn contract al dan niet zou verlengen. Toen al moet menigeen in Schiedam “nattigheid” gevoeld hebben. Bovendien drong ook Advocaat er bij zijn voorzitter op aan om – mede op aandringen van de spelersgroep – snel enige duidelijkheid te verschaffen omtrent diens verdere plannen. Officieel heette het dat Jansen voor een periode van vier maanden zou worden uitgeleend. Jansen had er, hoewel hij het bij SVV erg naar zijn zin had, nooit een geheim van gemaakt toch wel weer graag op het trainingsveld te staan. Een tikkeltje vreemd was het wel dat John van Dijk zijn technisch directeur zo gemakkelijk liet gaan. Van Dijk destijds: “Om sportieve redenen wilde ik hem die kans niet ontnemen”.

Was Van Dijk al met de “afbouw” van SVV begonnen? Saillant detail: op donderdag 21 maart stond de wedstrijd Feyenoord-SVV op het programma! In theorie was het mogelijk dat de ene SVV-functionaris de andere de nek om zou draaien. . . . .

De fusie met Sparta was dan wel afgeblazen, maar de onzekerheid bleef.

Van Dijk gaf destijds als reden op dat hij een toezegging zou hebben van het bedrijf Croon Electrotechniek. Die firma zou voor de aanvang van het nieuwe seizoen een tribune op Harga hebben willen bouwen. Bovendien zei hij in onderhandeling te zijn met een Amerikaanse multinational, die voor 5 ton per jaar de nieuwe shirtsponsor zou willen worden. Voor hem dus een behoorlijke kostenbesparing en naamsbekendheid had hij toch al genoeg. . . . . En er zou ook al een nieuwe subsponsor (McDonald’s) bereid zijn om geld in spelers te steken. Een flirt van Feyenoord om (toen al) Van Dijk deelgenoot te maken in de nieuwe Feyenoord Participatie Maatschappij was ook – voorlopig! – van de baan.

 

SVV leek op Harga te zullen blijven. Een vrij rigoureuze renovatie was dus noodzakelijk om dit te kunnen bewerkstelligen. Bouwkosten toen geschat op een slordige 4 miljoen gulden. Van Dijk: “Als die sponsors erin slagen de nieuwe tribunes en een aantal andere aanpassingen gefinancierd te krijgen, acht ik mijzelf in staat de begroting van 4,5 miljoen gulden die de fusieclub voor ogen stond alleen al voor SVV te realiseren”. Er gloorde weer rood-groene hoop!

Hoop kun je ook onzekerheid noemen. Feyenoord ging punten pakken en bij SVV sloop die onzekerheid er langzamerhand wel degelijk in. Uiteindelijk speelde SVV een niet onaanzienlijke  rol in de redding/wederopstanding van Feyenoord . . .

De reeds aangehaalde uitwedstrijd tegen Feyenoord leverde nog wel een punt op (1-1). Na een nederlaag bij Volendam werd nog wel met 1-0 van FC Utrecht gewonnen en zou de ploeg normaal gesproken vrij hebben moeten zijn van degradatiezorgen. Maar niets was minder waar.

 

Van het “sponsorfront” kwam er ook weer nieuws: SVV zou het seizoen 1991-’92 alleen dan op Harga spelen als de gezamenlijke sponsors kans zouden zien 875.000 gulden (voorgeschoten door Van Dijk, met een looptijd van 5 jaar, wat dus een bedrag van 175.000 gulden per jaar betekende) bij te dragen in de aanpassingskosten van de accommodatie. Dat bedrag kwam dan wel bovenop de reeds bestaande sponsorbijdragen. Van Dijk zou in dat geval zelf garant staan voor de exploitatie. Voorzitter van de sponsorcommissie Wim Clausing (over hem in dit verband later meer) had goede hoop dat dit binnen afzienbare tijd moest kunnen lukken.  Met de gemeente zouden zelfs al gesprekken zijn gevoerd over aanpassingen van de infrastructuur. Naaste buur UVG zou niet hoeven verhuizen en slechts een klein deel van haar complex moeten inleveren.

SVV had een paar sprekende resultaten nodig om een aantal potentiële sponsors over de streep te trekken.

 

April 1991. De gebeurtenissen volgen elkaar nu snel op. Op sportief gebied gleed de ploeg – kennelijk moe geworden van de voortdurende reeks geruchten en toenemende onzekerheid over de toekomst –af naar een bedenkelijk niveau.  Ook was daar opnieuw een “flirt” met Sparta, nu wel degelijk van de kant van SVV. Dit om een eventuele belangstelling van de kant van Sparta te peilen, mochten de sponsors in Schiedam geen succes hebben. Die sponsorcommissie was er nog niet in geslaagd voldoende garanties bij elkaar te krijgen. Geruchten wilden dat SVV bij degradatie wel eens zou kunnen ophouden te bestaan! Van Dijk wilde niet langer alleen het risico dragen van een noodlijdende exploitatie. Een ander gerucht was dat in dat geval Van Dijk een aantal van zijn beste spelers zou willen onder brengen bij Feyenoord. Dat zou tevens het eventuele afstaan van Wim Jansen en Dick Advocaat aan de technische staf van de Rotterdammers vergemakkelijken. De Mercedes-dealer zou dan bereid zijn toe te treden tot de sponsors in de Kuip. Nieuwe onzekerheid voor de spelersgroep! Van Dijk echter ontkende toen deze geruchten. Met zijn standpunt om in ieder geval Dick Advocaat niet aan Feyenoord te willen afstaan (het contract met Wim Jansen liep sowieso af) leek Van Dijk te willen duidelijk maken in geen geval afstand te willen doen van SVV. Maar hij beklemtoonde nog maar eens een keer dat de groep sponsors nu maar eens over de brug moest komen met een financieel plaatje voor de benodigde renovatie van Harga. Van Dijk toen:  “Ik blijf SVV trouw, maar ze moeten niet denken dat ik altijd maar alles doe”. Hij draaide ook al op voor het exploitatietekort van een half miljoen gulden. Hij zei er meteen bij dat hij bij een terugkeer in Schiedam dat in ieder geval niet nog eens alleen voor zijn rekening zou willen nemen. Hij paste er dus voor om de kar alleen te blijven trekken. Om daar aan toe te voegen: “De nieuwe shirtsponsor zal ik direct bekend maken zodra de miljoen gulden bij elkaar is voor de renovatie”. Zelf zou hij in dat geval wel sponsor blijven.

 

Om de spelersgroep te stimuleren stelde hij zelfs vlak voor de thuiswedstrijd tegen MVV een extra premie van 1000 gulden de man beschikbaar als de ploeg uit de eerstvolgende 5 competitiewedstrijden 6 punten zou behalen. Elk punt meer zou nog eens 500 gulden extra opleveren! Wellicht ook om de sponsors te enthousiasmeren. Het heeft niet mogen baten. In de toch zo talentvolle spelersgroep leek door alle onzekerheid een soort verlamming te zijn geslopen. Dick Advocaat stond voor een welhaast onmogelijke opgave. En toen ook “thuis” (voor het overgrote deel Friese toeschouwers -  ook in die zo cruciale wedstrijd liet “Schiedam” de club in de steek) tegen 10 man van Heerenveen werd verloren (na een 1-0 voorsprong) naderde SVV snel de afgrond, zowel sportief als financieel. Duidelijker werd het er allemaal niet op. Ook al niet omdat nieuwe geruchten over een “vrijage” met Feyenoord de ronde deden. Uit de mond van Dick Advocaat geen kwaad woord over de voorzitter: “We hadden ons geen betere voorzitter kunnen wensen. Niets is goed genoeg om het de spelers naar de zin te maken. De mooiste bus, de lekkerste lunchpakketten, de beste spullen. Die man heeft er echt alles aan gedaan om de boel te redden, maar hij moest alles alleen doen. Hij wilde het geld voor de aanpassing van de accommodatie zelfs voorschieten, als hij het binnen vijf jaar maar terug kreeg. Maar geen mens die erin stapt. De gemeente idem dito. SVV zou het handbalveld van UVG mogen gebruiken om er een parkeerplaats aan te kunnen leggen, maar dan moest Van Dijk wel een nieuwe kantine laten neerzetten voor die club. Zo werkt dat in Schiedam. Ze zijn blij dat ze van SVV af zijn in Schiedam, geloof me nou”.

 Niemand geloofde intussen (vier wedstrijden voor het einde van de competitie) nog in behoud van het eredivisieschap. De geruchten van een “fusie” (beter: een opgaan in) met Feyenoord werden steeds sterker. De samensmelting van de twee clubs zou trouwens wel de KNVB in een lastig parket kunnen brengen. Als SVV in Feyenoord op zou gaan, promoveerde er dan een club extra, of zou er een minder degraderen?  Van Dijk zelf had er natuurlijk alle belang bij ten koste van alles een “faillissement” van SVV te voorkomen. In dat geval zouden zijn spelers transfervrij worden. Mocht het op Harga allemaal niet lukken, dan moest hij wel op zoek naar een (fusie)partner. De sponsorcommissie had trouwens officieel haar activiteiten gestaakt, maar ging “achter de schermen” door met pogingen de club voor Schiedam te behouden. De voorzitter/eigenaar voelde zich trouwens niet alleen door de sponsors in de steek gelaten, maar, zei hij: “ook door de gemeente Schiedam , de supporters en zeker ook door de plaatselijke en regionale pers. Niemand steunt SVV. Ik sta er helemaal alleen voor”. De spelers hadden kennelijk alle ellende even opzij gezet. Roda JC werd in de Kuip met 3-1 verslagen en uit tegen FC Den Haag werd een punt behaald. Het was natuurlijk ook in hun belang om niet te degraderen. Voor het duel met de Limburgers waren officieel maar 350 betalende toeschouwers aanwezig. Daarmee heeft de club merkwaardigerwijs ook het record voor het minste aantal toeschouwers ooit aanwezig in de Kuip voor een wedstrijd op het hoogste niveau. De wedstrijd tegen Heerenveen in 1949 die SVV de landstitel bracht leverde het hoogste aantal toeschouwers op dat ooit bij een duel in Nederland is gespeeld. Het boek “De Kuip 75” maakt melding van 69.300 toeschouwers.

Met nog twee wedstrijden te gaan stond SVV op de 16e plaats, welke plek recht gaf  op het spelen van twee extra promotie/degradatiewedstrijden tegen de verliezend finalist van de nacompetitie in de eerste divisie.

Toch leverde SVV nog een international af. Op 5 juni 1991 verdedigde Joop Hiele het Oranje-doel in het kwalificatieduel Finland-Nederland (1-1).

Dagblad Trouw in een uitgebreid artikel over SVV o.a.:”De gemeente wilde geen vergunning afgeven voor nieuwbouw in een ander deel van de stad, ze wilde ook niet meewerken aan een nieuw opgetrokken Harga en ze dacht er ook niet aan gefatsoeneerde wegen en parkeergelegenheid rondom een eventueel gerenoveerd Harga aan te leggen. De gemeente Schiedam is de Schiedamse Voetbal Vereniging al twintig jaar liever kwijt dan rijk, dus waarom daar nu dan iets aan veranderen, lijken burgemeester en wethouders te denken”.

 

Uiteraard kreeg Van Dijk het benauwd. Hij liet zich voorrekenen wat een grondige renovatie van Harga zou gaan kosten. Zo’n kleine 1 miljoen dus werd hem verteld. Dat was voor te schieten meende hij.  Maar dan moest een aantal subsponsors hem wel gezamenlijk vijf jaar lang 175.000 gulden betalen. Zoals gezegd slaagden die sponsors daar niet in. Hoe beroerd ook, degraderen leek een oplossing. . . . .Harga hoefde dan immers niet te worden aangepast. Maar ook die “hoop” werd de SVV’ers ontnomen. Schiedamse ambtenaren hadden Harga eens grondig doorgelicht en vastgesteld dat betaald voetbal er sowieso onmogelijk was. De voorzitter kreeg een waslijst aan mankementen op zijn bureau met het verzoek deze op eigen kosten te herstellen. “Een brief waar de honden geen brood van lusten”, aldus de solistische zakenman, die vanaf toen geen gat meer moet hebben gezien in profvoetbal in Schiedam. Dat je dan op zoek gaat naar een (fusie)partner is niet zo vreemd. Met de spelersgroep van SVV als onderpand leek Van Dijk eindelijk op bestuurlijk niveau bij Feyenoord binnen te kunnen komen. Leek ja. Al spraken kwade tongen natuurlijk ook dat de voorzitter de Schiedamse sponsorcommissie aan het lijntje had willen houden om achter de schermen de club als een tweedehands auto te verkwanselen. Een vertrek van de zakenman zou natuurlijk ook gevolgen kunnen hebben voor de amateurtak van SVV. Die sponsorcommissie had dus officieel haar werkzaamheden gestaakt. De nieuwe voorzitter (Frans de Vos Burchart): “Onze primaire taak, de betrokkenheid bij de sponsors met betrekking tot SVV te promoten en te verstevigen is door de vele negatieve en verwarrende uitlatingen in de pers en de vele vraagtekens bij (potentiële) geldschieters onmogelijk gemaakt. Het werven van sponsorgelden is door onduidelijkheid rondom de nu bestaande situatie eveneens onmogelijk. Wij hebben die geluiden bij veel sponsors gehoord”.

Er zouden “heel veel” sponsors – zowel nieuwe als bestaande – interesse hebben gehad, maar die zouden zijn afgehaakt bij gebrek aan zekerheid m.b.t. het volgende seizoen. Zelfs zou al een “grote sponsor” bereid zijn geweest de nalatenschap van Van Dijk gedeeltelijk over te willen nemen.  Tsja. . . . . met toezeggingen alleen renoveer je geen stadion.

De reeds aangehaalde Wim Clausing (directeur van Croon Electrotechniek) van de sponsorcommissie had in het eerste nummer van  “Support-Sponsorship SVV” eerder al eens gesteld dat een nieuw SVV-stadion haalbaar zou moeten zijn. Hij trachtte destijds plannen te ontwikkelen voor de bouw van een nieuw stadion dat, wat hem betreft, binnen drie jaar op industriegebied “De Vijf Sluizen” zou moeten worden gebouwd. Hij zei er van overtuigd te zijn dat een nieuw stadion voor SVV haalbaar was. Clausing destijds: “Wat betreft de bouwkosten praat je over een bedrag van tussen de 8 en 10 miljoen gulden. Je kunt de exploitatiekosten grotendeels financieren door een gedeelte van het stadion een bedrijfsbestemming te geven. Het stadion wordt dus multifunctioneel, net als de Galgenwaard van FC Utrecht. “De Vijf Sluizen” is voor SVV een ideale locatie. Betaald voetbal wordt gezien als een bedrijfsactiviteit, dus volgens het bestemmingsplan mag er een stadion gebouwd worden. De Vijf Sluizen ligt direct aan de rijksweg A4. De bereikbaarheid, ook met openbaar vervoer is optimaal (aan te leggen metrolijn bijvoorbeeld).  Dat is natuurlijk niet alleen van belang voor de supporters van SVV, maar ook voor de bedrijven die zich in het nieuwe complex zullen gaan vestigen. Daarom dienen er gesprekken plaats te vinden met projectontwikkelaars c.q. investeerders die bereid zijn deze plannen verder te ontwikkelen en uiteraard bedrijven te vinden die zich daar willen vestigen. En het zou natuurlijk mooi zijn als deze bedrijven de nieuwe sponsors van SVV worden”. Plannen te over dus. Zo op het oog een zeer geschikte locatie ook. Wellicht zou een multifunctioneel stadion op dat bedrijventerrein ook voor de stad Schiedam een positieve uitstraling kunnen gehad hebben. Zeker met een zo getalenteerde selectie als die van SVV toen en met een toptrainer als Dick Advocaat. Maar helaas,  het kwam er (weer) niet van.

 

Intussen bleef onduidelijkheid troef. Dick Advocaat leek er van uit te gaan dat behoud van het eredivisieschap weinig zou veranderen aan het lot van de club: “Maar voor mezelf en voor de spelers maakt het wel degelijk verschil of we degraderen of niet. Jammer, er waren grootse plannen, maar die hebben we door de gedwongen omstandigheden niet af kunnen maken. Ik ging er de afgelopen jaren van uit dat SVV een grote club kon gaan worden. De vooruitzichten waren ideaal. Ik kan nog steeds nauwelijks begrijpen dat het zo gelopen is”.

In Schiedam was datgene wat ooit een mooi sprookje leek te gaan worden hard op weg naar een naargeestig einde . . . . .Vooral de oude garde had het er maar moeilijk mee. Maar echt niet alleen zij.

 

Eind mei 1991. “Twijfels over fusie. SVV houdt nog hoop”.

Bij Feyenoord stond het bestuur trouwens nogal sceptisch tegenover een eventueel “samengaan”. In Rotterdam Zuid was het alleen bespreekbaar als Van Dijk in ruil voor een bestuurszetel de opbrengst van de verkochte SVV-spelers in de kas van Feyenoord zou stoppen. Daar voelde de autohandelaar

vanzelfsprekend niet veel voor. Vandaar dat er al over een andere eventuele fusiepartner werd gefluisterd: Dordrecht’90. De hoop bij SVV bestond er uit dat bij behoud van het eredivisieschap een aantal bedrijven toch nog bereid zou zijn geld in de club te steken. . . . . .

 

Zondag 9 juni 1991. SVV-Ajax 1-0.

Plaats van handeling: Het Kasteel van Sparta. Dit omdat tegelijkertijd in de Kuip de derby Feyenoord-Sparta werd gespeeld.

Voor Ajax de bittere noodzaak de punten te pakken in de nek-aan-nek titelrace met PSV en voor SVV een laatste (sportieve) kans om degradatie te voorkomen.

Zo’n dikke 12.000 toeschouwers (in financieel opzicht deed SVV op de valreep nog goede zaken) zagen het bijna onmogelijke gebeuren: SVV versloeg Ajax - met alle bekende sterren, door een doelpunt van Zier Tebbenhoff in de eerste helft, en met een sublieme Joop Hiele in het doel -  met 1-0 !!!

014.jpg

1-0 voor SVV!!! Doelpuntenmaker Zier Tebbenhoff


015.jpg
Schitterende redding van Joop Hiele!

 

De vreugde bij SVV was groot -  minstens even groot als de blijvende onzekerheid en onduidelijkheid. “Vandaag worden we bejubeld, over een week hebben we geen club meer”, tekende speler Marcel van der Net de onwerkelijke en macabere situatie van de  club aan. Opheldering mocht er trouwens ook niet geboden worden van de voetbalbond. Dat kon pas als alle sportieve beslissingen waren gevallen, al wees alles toen nog op een samensmelting met Feyenoord. De bedoeling was dat Van Dijk naast een geldelijke inbreng ook minstens een drietal spelers (Orlando Trustfull, Dean Gorre en Errol Refos) plus trainer Dick Advocaat zou meenemen. Intussen aasden ook andere clubs op de licentie van SVV en hadden diverse spelers uit voorzorg elders al een “voorcontract” getekend.

 

Met nog een wedstrijd – Sparta uit! – stond SVV twee punten voor op Heerenveen en een beter doelsaldo van +5.  De Friezen hadden als tegenstander FC Groningen thuis, dat al verzekerd was van Europees voetbal. Toen de stand bij Sparta-SVV op een gegeven moment 1-1 was en bij Heerenveen-Groningen 0-2 liet SVV de teugels vieren. Met als gevolg dat Sparta naar 5-2 kon uitlopen. Intussen gebeurden er in het Friese Haagje onverkwikkelijke dingen. FC Groningen begon “achteruit” te voetballen en Heerenveen won met 4-2 . . . .

Het doelpunt waarmee Jimmy Simons kort voor tijd de stand op 5-3 bepaalde was van grote (sportieve) waarde. Met NAC zou moeten worden gestreden om het behoud van het eredivisieschap. Wat er daarna zou gebeuren wist nog (bijna) niemand . . . . .

Als de zaak met Feyenoord niet door zou gaan, restte Van Dijk dan niets anders dan toch door te gaan met SVV.  . . .?

 

Wel hadden de SVV sponsors (ongeveer 150, die met elkaar zo’n 1 miljoen gulden op tafel legden, waarover hebben we het dan?!) het hoofd inmiddels echt in de schoot gelegd en bij monde van genoemde Wim Clausing kwam er toch ook de nodige kritiek op Van Dijk: “Wij hebben de sponsorcommissie opgericht om een betere band te krijgen tussen het bestuur van SVV en de sponsors. We hebben allerlei activiteiten ontwikkeld, maar Van Dijk heeft zich nooit met ons bemoeid. We hebben hem bepaalde voorstellen gedaan op commercieel gebied, maar daar heeft hij nooit op geantwoord. Van Dijk komt beloften niet na. Hij heeft wel tien keer gezegd met SVV op Harga te blijven. Eigenlijk heeft hij geprobeerd om de sponsors met de renovatie van Harga op te zadelen (?!). Er valt niet met het bestuur te communiceren”. Terechte of onterechte kritiek?

Dat “opzadelen” is trouwens wel erg kort door de bocht.

 

Twee beslissingswedstrijden tegen NAC dus. Nog eenmaal wist Dick Advocaat zijn spelers op te peppen. In Breda werd NAC naar een kansloze 1-4 nederlaag gespeeld!  Daarmee het tweede duel in de Kuip tot bijkans een formaliteit makend. Vooral Dean Gorre speelde zeer sterk en scoorde driemaal voor de club waar hij als kleine jongen na een open dag was blijven hangen. Dick Advocaat na afloop van die wedstrijd: “Ik ben trots op de spelers dat zij dit nog op konden brengen. Vanavond is gebleken, dat we op de goede weg zijn. Maar helaas, de realiteit is dat we zaterdag de laatste wedstrijd spelen. We stoppen als eredivisieploeg. Zo wil ik afscheid nemen van twee bewogen jaren in Schiedam”

016.jpg

Dean Gorree viert een van zijn drie doelpunten in Breda tegen NAC

 

Praktisch niemand geloofde inmiddels nog in het voortbestaan van SVV als zelfstandige BVO. Iedereen ging er vanuit dat John van Dijk in zee zou gaan met Feyenoord. Zou, ja. . . . Door diverse omstandigheden min of meer

gedwongen was Van Dijk genoodzaakt geweest niet verder te springen dan zijn peilstok lang was.

Echter, een dag voor de return tegen NAC was er het verrassende bericht dat de adviseurs van Van Dijk het samengaan met Feyenoord hadden afgeblazen. De Mercedes-dealer had niet de zekerheid kunnen krijgen dat zijn geld (lees: spelersmateriaal) uitsluitend zou worden aangewend ten bate van Feyenoord en niet om de tekorten van HCS (noodlijdende shirtsponsor van de Rotterdammers) te verlichten. De man die SVV drie jaar eerder nog voor een faillissement had behoed: “Ik heb altijd gezegd ernaar te streven dat SVV na drie jaar zelfstandig door zou kunnen gaan, zonder John van Dijk in principe. Ik geef eerlijk toe dat het me niet is gelukt voldoende sponsors te vinden, die met mij de kar willen trekken. Om over de rol van de gemeente maar te zwijgen. SVV heeft in Schiedam geen toekomst, dat hebben de Schiedammers en ook het Schiedamse bedrijfsleven wel laten blijken. Laten er maar eens een of twee opstaan die zeggen: ik doe mee. Die waren er niet. En daarom ben ik wel gedwongen om ergens anders te gaan kijken”. 

 

Maar wat dan? Andere kandidaat-partners werden volop genoemd, maar ook gloorde er toch weer een sprankje hoop in de rood-groene harten. IJdele hoop, zo bleek al snel.

SVV-NAC (zaterdag 22 juni 1991) werd inderdaad een formaliteit. Eindstand 1-1, waardoor SVV het eredivisieschap continueerde. Goed voor een bonus van 2.500 gulden de man. Dean Gorre komt de eer toe de laatste goal van SVV in het betaalde voetbal te hebben gescoord. Gorre destijds: “Wij als spelers wisten echt van niets. Dordrecht. We schrokken ons dood. In het begin nam je het Van Dijk wel kwalijk, maar naderhand zagen we wel in dat hij niet anders kon”.

Het elftal op die gedenkwaardige dag 22 juni 1991 bestond uit de volgende spelers: Joop Hiele; Errol Refos, Michel Vonk, Eddy Ridderhof, Willy Boessen: Maarten Atmodikoro (Marcel van der Net), Orlando Trustfull, Dean Gorre; Jos Luhukay, Jimmy Simons en Piet Keur. Want wat maakte een eind aan alle geruchten?!

 

Direct na de 1-1 tegen NAC verkeerde alles wat SVV was nog steeds in onzekerheid. Tussen hoop en vrees eigenlijk. De spelers hadden het nieuws overigens in de kleedkamer al/pas vernomen. . . . . Geen samengaan met Feyenoord, maar een fusie met Dordrecht’90. De hoop aan de kant van SVV bestond (even) hieruit toen Van Dijk de persconferentie begon met de woorden: “SVV blijft bestaan, Dordrecht’90 wordt opgeheven”, helaas direct gevolgd door de woorden dat de thuishaven van de nieuwe fusieclub (SVV-Dordrecht’90, hoe origineel) de Dordtse Krommedijk zou worden. “Mag ik u voorstellen: mijn grote vriend Kees den Braven”. Einde betaald voetbal in Schiedam dus. Hoe een eigenaar van een kitfabriek en een automobielgigant aan elkaar kunnen blijven plakken . . .

017.jpg
De fusie is beklonken. . . SVV-secretaris Frans Eijkenbroek denkt er het

zijne van. . .

 

De vergelijking dringt zich hier op met de fusie eind jaren 60 tussen Xerxes en DHC. Xerxes had de talentvolle spelersgroep, maar geen thuishaven, DHC in Delft de accommodatie. Ook die fusie was geen lang leven beschoren.

 

De ledenvergadering van SVV moest (statutair) nog wel toestemming verlenen voor de fusie, maar Van Dijk verwachtte niet dat er nog roet in het eten zou worden gegooid. Onder bepaalde voorwaarden zei hij bereid te zijn de amateurtak van de vereniging – die zou beginnen in de 4e klas van de KNVB -  475.000 gulden te schenken (een van die voorwaarden was uiteraard het goedkeuren van de fusie) om zo de club schuldenvrij achter te laten. Het moet gezegd worden -  ook hieraan heeft hij zich gehouden.

Wat zou er gebeurd zijn als Den Braven “nee” had gezegd tegen Van Dijk? Waarschijnlijk zou hij dan zijn doorgegaan met SVV – hij zou wel gemoeten hebben – maar dan wel in een sterk afgeslankte vorm. In het boek ”Verdwenen Voetbalclubs” en in de rubriek “Vergeten Verhalen” van TV Rijnmond stellen supersupporter Bob Vellinga en clubarchivaris Koos Rost  dat SVV in geval van

degradatie zelfstandig als BVO zou hebben kunnen doorgaan. Ook sponsor van het eerste uur Jan Jongebreur (De Tapijmeester Maassluis) was die menig toegedaan. Ik waag dat te betwijfelen.

Zoals reeds vermeld werden ook aan betaald voetbal op eerste divisieniveau door KNVB en gemeente hogere eisen gesteld.  Er heerste in Schiedam nu eenmaal geen klimaat voor verantwoord en gezond betaald voetbal.

 

Om aan de eisen voor de eredivisie te kunnen voldoen, waren nog wel wat aanpassingen (zo leek het hoofdveld meer op een aardappelenveld) aan het stadion aan de Krommedijk nodig. Waar hadden we dat eerder gehoord? B&W en de politie van Dordrecht hadden inmiddels positief gereageerd op de komst van de fusieclub. . . .

Dat de SVV-spelers niet bepaald stonden te trappelen om naar Dordrecht te “verhuizen” mag duidelijk zijn. Peter Barendse: “Wat er nu met SVV gebeurt kan eigenlijk niet. We hebben bij SVV getekend, we zouden van SVV het beste gaan maken, met in het achterhoofd op naar Europees voetbal. Mijn contract loopt door, dus ik heb weinig te zeggen. Maar ik wil helemaal niet weg. Dordrecht’90? Die club doet me niks”. En dat was de algehele stemming.

De reactie van de Schiedamse burgervader Reinier Scheeres o.a.: “Ik kan begrijpen dat Schiedammers boos zijn op Van Dijk. Ze kijken alleen maar naar dit moment”. Ook zei hij dat de contacten met de SVV-voorzitter de laatste tijd moeizaam waren geweest. Dat het betaalde voetbal definitief uit Schiedam verdween, deed hem minder dan de wijze waarop: “De fusie betreur ik, want dit SVV had na het succes van de promotie verdiend om langer in Schiedam aanwezig te zijn. Door de promotie naar de eredivisie raakte ik er toch meer bij betrokken”. Je moet maar durven. . . .Ook voegde hij er nog aan toe dat het voor een stad als Schiedam geen “must” was om een betaald voetbal organisatie in huis te hebben. Ook sportwethouder Bart de Leede vond het “jammer”. En voegde daar beschroomd aan toe dat hij de afgelopen seizoenen slechts één thuiswedstrijd van de club had bezocht. “Ik ben meer een volleybalman . . .”. Waarvan akte . . . . De vlag op Stadserf 1, Schiedam, kon uit. . . .

 

De fusie was nog niet beklonken of van de kant van zowel de overige sponsors als van de gemeente Schiedam kwamen signalen dat er wel degelijk wat mogelijk was geweest. . . . Zo zou Wim Clausing gesprekken met de gemeente hebben gevoerd waaruit zou hebben gebleken dat een opknapbeurt van Harga a) haalbaar was en b) lang niet zo duur hoefde te zijn als Van Dijk had becijferd (de eerder genoemde 875.000 gulden). De berekeningen van Clausing c.s. kwamen volgens zeggen uit op ruim 6 ton. Clausing: “Onder die voorwaarden was het ons zeker gelukt om Harga te renoveren”.  Andere sponsors zouden bereid geweest zijn hun bijdrage te verdubbelen. Clausing verder: “Van Dijk heeft nooit initiatief genomen. Volgens mij heeft hij al maanden eerder het besluit genomen er mee te kappen en was hij uitsluitend uit op eigen belang. Van Dijk heeft steeds geroepen dat hij de kar in zijn eentje moest trekken. Fout. Hij wilde dat”.

De plaatselijk overheid voelde er vervolgens ook niet voor om de geschiedenis in te gaan als een van de voornaamste schuldigen voor het vertrek van het betaalde voetbal uit Schiedam. Volgens Van Dijk kreeg hij te weinig financiële steun van zijn co-sponsors, was het hem een doorn in het oog dat de supporters massaal de Kuip meden en had hij geen goed woord over voor het gebrek aan medewerking van het gemeentebestuur. Die laatste zwarte piet werd door B&W niet langer geaccepteerd. Volgens hen reageerde de autodealer al langer niet op brieven van hun kant. Er zouden wel degelijk mogelijkheden zijn geweest/geboden om Harga op korte termijn aan te passen. Het verweer van beide kanten vind ik nogal zwak. Natuurlijk was Van Dijk een solist, maar wel een solist van de snelle beslissingen.

 

Op de extra algemene ledenvergadering van SVV van 9 juli 1991 (een formaliteit voor wat betreft het goedkeuren van de fusie) bevestigde secretaris Frans Eijkenbroek op een vraag uit de vergadering dat voor de bouw van een nieuw stadion de gemeente een grote sta in de weg was geweest en dat die gemeente volledig op de hoogte gehouden was van de ontwikkelingen. Waarvan akte. . . . Op diezelfde ledenvergadering legde Van Dijk ook nog eens uit dat hij van tevoren gesteld had dat hij er voor drie jaar in zou stappen en dat het hem niet gelukt was – substantiële -sponsors te vinden die met hem de kar zouden kunnen trekken en dat de kentering was gekomen toen de mogelijkheid afviel een multifunctioneel stadion waar dan ook in Schiedam te kunnen bouwen. Hij zegde tevens toe de amateurtak schuldenvrij achter te laten en werd voor 60.000 gulden per jaar ook daar shirtsponsor. Het nieuwe amateur-bestuur wachtte echter een zware taak.

 

Een jaar na de glorieuze intocht door de stad ter viering van het kampioenschap van de eerste divisie was het betaald voetbal uit Schiedam verdwenen. . . . Min of meer ten onder gegaan aan haar eigen (misschien te snelle?) succes. Een unicum. . . .

De achterban reageerde gevarieerd op de fusie. Verongelijkt. Soms begripvol. Anderen waren gewoon nijdig en teleurgesteld, echt bedroefd soms zelfs. Ook hier ging toch opvallend vaak de beschuldigende vinger richting de gemeente.

Het verdwijnen van het betaalde voetbal maakte verrassend genoeg meer los dan je zou denken. De rubriek “Mijn Mening” van het Nieuwe Stadsblad stroomde vol met vaak emotionele inzendingen. Ene Paul Schaeffer o.a. schreef een Open Brief aan B&W, die te lang is om hier integraal op te nemen. De brief eindigde

met de woorden: “Iedereen geeft elkaar de schuld. Ik hou het op de gemeente.. . Er kan immers nooit wat in ons Zwart Nazareth”. Diezelfde Paul Schaeffer schreef ook nog een prachtige ingezonden brief  waarin hij een hartstochtelijk beroep deed op John van Dijk om SVV terug te halen naar Harga. Hij schreef o.a.: “Indien een of meer sponsors gevonden kunnen worden zal de nodige druk op de gemeente Schiedam – de veroorzaker van alle ellende – moeten worden uitgeoefend. Ik ben mij bewust van het feit dat een en ander gezien de historie niet eenvoudig te realiseren is. Toch denk ik dat de ontwikkeling in Dordrecht deze stap noodzakelijk maakt”. Woorden als uit mijn hart gegrepen. En ook Jose Timmermans deed in een open brief nog maar eens een hartstochtelijk beroep op – ditmaal – het bedrijfsleven.  Maar helaas . . . .

Om het nog pijnlijker te maken hier nog een citaat uit “De Spot” – destijds het partijorgaan van Groen Links in Schiedam - aan het adres van Van Dijk: “Bedankt dat SVV blijft bestaan. Al moeten we naar het andere eind van de wereld reizen om ze te zien spelen”. . . . Het cynisme droop ervan af. Sportwethouder Bart de Leede was hiervan overigens niet de auteur. . . .

 

Wel lag er inmiddels een (afgewezen) verzoek van de fusieclub bij het amateurbestuur van SVV om zich op Harga op het nieuwe seizoen te mogen voorbereiden. Aan de Krommedijk was vooralsnog geen geschikte trainingsgelegenheid voor handen. . . . Een gotspe.

 

We gaan het hier niet uitgebreid meer hebben over de soap die hierna ontstond in Dordrecht. (John van Dijk hierover o.a.: “Dordrecht’90 , dat wil ik wel bekennen, is een beetje een noodgreep. Ik zal proberen er het beste van te maken” en Peter van Velzen: “Als je die sportjournaals achter elkaar afkijkt, is het net een lachfilm”). Dick Advocaat nam nog voor de nieuwe competitie 1991-’92 van start was gegaan ontslag. Alleen al over het feit dat de trainer om drie uur i.p.v. om vier uur wilde gaan trainen ontstond al bonje. (Aan het adres van Advocaat: “Als je bestuursbesluiten niet uitvoert, dan rot je maar op”) . De spelers (best mondig  - Joop Hiele! – en niet allemaal de gemakkelijksten) lagen voortdurend in conflict met alles en iedereen. Den Braven werd er zelfs van beschuldigd racistische uitlatingen te hebben gedaan over de donkere spelers uit “Schiedam”. Cees den Braven, de kitfabrikant, die dacht dat mensen zoals andere materialen allemaal te lijmen waren . . . . Kortom, het werd een chaos. Mocht hier iemand nog eens zijn licht over willen laten schijnen, dan is wellicht de Dordtse journalist Thijs Blom – met wie ik aan het begin van de competitie in het programmablad “Warming UP” van de fusieclub nog enkele felle polemieken heb “uitgevochten”  en die de ex-SVV spelers in datzelfde Warming Up zelfs “beestachtig” durfde te noemen– de aangewezen persoon. Stof genoeg zou ik zeggen. . .

Praktisch geen enkele Schiedammer (zelfs Bob Vellinga niet)  liet zijn gezicht aan de Krommedijk zien. Zelf heb ik alle “thuiswedstrijden” van SVV in de Kuip gezien, maar een gang naar Dordrecht kon ik niet meer opbrengen.

 

Nadat eerst Frans Eijkenbroek was opgestapt als secretaris keerden ook vice-voorzitter John van Dijk en vice-penningmeester Ton Krijnen de Krommedijk al snel de rug toe. Van Dijk had al geen financiële banden en verplichtingen meer met de fusieclub, nadat hij Dean Gorre, Errol Refos en Orlando Trustfull aan Feyenoord had overgedaan en in een eerder stadium voorstopper Michel Vonk naar Manchester City was vertrokken. Den Braven dacht de club te hebben, in werkelijkheid had hij niet meer dan een lege huls.

De eerste drie ex-SVV’ers werden met Feyenoord in het seizoen 1992-’93 kampioen van Nederland. . . . .

 

Op 19 september 1992 schrapte de KNVB op verzoek van Cees den Braven de letters SVV uit de naam van de fusieclub, waarmee die naam na ruim 38 jaar uit het betaalde voetbal verdween.

 

Geen nieuwe thuishaven dus voor de arbeidersclub in de arbeidersstad.

Van alle in dit artikel genoemde mogelijke locaties voor een nieuw of gerenoveerd onderkomen is achteraf de plek achter de wijk Bijdorp het meest realistisch en concreet geweest (zie eerder in dit artikel). Al vond wethouder Bart de Leede geen enkel plan realistisch. . . .

 

Het Vrije Volk van 1 februari 1990 was stellig: SVV gaat veilig stadion bouwen in Schiedam-Bijdorp. Het zou de veiligste plek zijn om snel een modern stadion neer te zetten. Daarover zouden de gemeente Schiedam en voorzitter John van Dijk het zelfs eens zijn. Het zou een stadion moeten worden dat geheel voldeed aan de nieuwste normen van de KNVB en zou komen op een in erfpacht van de gemeente verkregen terrein langs de spoorlijn, tussen de NS-stations Schiedam/Rotterdam West (thans Schiedam Centrum) en Schiedam-Nieuwland. Het nieuwe stadioncomplex, waarin ook enkele kantoren zouden moeten worden opgenomen (multifunctioneel dus) zou moeten worden ingeklemd tussen de spoorlijn en rijksweg 20 en zou i.v.m. mogelijke overlast veroorzaakt door voetbalsupporters zou ver mogelijk van de woonwijk verrijzen. Het zou op speeldagen slechts van twee kanten te bereiken zijn. Treinreizigers zouden via een loopbrug tussen het stadion en een speciaal aan te leggen perron naar het stadion geleid worden. Andere bezoekers zouden het uitsluitend kunnen bereiken via een nieuwe toegangsweg aan de oostzijde. Een tunneltje onder de spoordijk zou, net als andere fiets- en voetpaden op wedstrijddagen worden afgesloten. Hoe realistisch kun je het hebben?! De SIM (SVV’s in het leven geroepen Investeringsmaatschappij) kon aan de slag! Maar er was buiten de waard – in dit geval de bewonersvereniging Bijdorp – gerekend. Zie boven.

Het is al gesteld: de gemeente heeft zich toen al te gemakkelijk en snel de oren laten hangen naar de wensen van een piepklein wijkje, die daar vanuit hun gezichtspunt natuurlijk het volste recht toe hadden. Het kwam niet vaak voor dat een gemeente zo goed naar de wensen van haar burgers luisterde en het kwam ze waarschijnlijk ook niet slecht uit . . . .

Een voetbalstadion in of  vlakbij een woonwijk. Het hoeft echt geen probleem te zijn. Voorbeelden te over (het oude NAC-stadion aan de Beatrixstraat in Breda, Het Kasteel van Sparta, het stadion van SC Cambuur in Leeuwarden, het Philips Stadion van PSV midden in een oude wijk in Eindhoven en bovenal de schitterende Adelaarshorst van Go Ahead in Deventer, midden tussen de huizen van de Vetkampstraat. En ook het nieuwe Abe Lenstra Stadion van Heerenveen ligt op slechts een kwartier lopen van het centrum van de stad en kort bij een woonwijk).

Het zal niet eerder voorgekomen zijn dat een club glorieus kampioen wordt en promoveert naar het hoogste niveau in Nederland, om dan een jaar later zielloos ten onder te gaan. Zoals gezegd: een unicum. . . .

De rest is geschiedenis. . . . .

 

Terug naar Schiedam.

 Wat waren nu de verschillende oorzaken waardoor SVV uiteindelijk toch verdween als zelfstandige BVO? Laten we er enkele – in willekeurige volgorde – noemen:

-        De uiteindelijke keuze van Van Dijk om voor de thuiswedstrijden uit te wijken naar de Kuip. Was dat uit een soort grootheidswaanzin? Een soort “wraak” op Feyenoord? Beiden speelden zeker mee. Achteraf was Spangen wellicht beter geweest. Maar de commerciële mogelijkheden waren in Rotterdam Zuid natuurlijk wel ruimer. De publieke belangstelling zal voor iedereen teleurstellend zijn geweest

-        De achterban dus. Op een bepaalde manier heeft die de club toch in de steek gelaten. De reis naar Rotterdam Zuid bleek voor velen toch een te groot bezwaar. Waar waren die “supporters” die met bussen vol naar Heerenveen en Emmen waren getrokken om de ploeg in het kampioensjaar te steunen. Waar waren die duizenden, die op Woudestein SVV de titel hadden zien behalen?

Was het Schiedamse publiek dan al zo snel verwend? Dat zou toch vreemd zijn na al die magere jaren! Eerlijkheidshalve moet wel geconstateerd worden dat tegen het einde van het kampioensjaar de publieke belangstelling toch langzamerhand afnam. Was de Schiedamse achterban meer nieuwsgierig dan trouw? (Het zou kunnen, hoewel de club in de jaren dat het promoveerde naar de eerste divisie (1966) en naar de eredivisie in 1969 herhaaldelijk meer dan 10.000 toeschouwers naar Harga wist te lokken). Bob Vellinga: “Ineens was iedereen SVV’er. Jongens die ik kende van school en nog nooit op Harga had gezien, liepen ineens met een SVV-pet op. Dat soort dingen. Het succes wende blijkbaar snel voor sommigen. Je droomt jarenlang van de eredivisie. Dan ben je er eenmaal en dan blijkt het helemaal niet te zijn wat je gehoopt hebt dat het zou zijn. Dat gevoel hadden meer SVV’ers”.

-        De (negatieve) rol van de gemeente Schiedam? Deze is in het voorgaande genoeg aan de orde geweest. Het niet kunnen doorgaan van de bouw van een nieuw multifunctioneel stadion – waar dan ook in de stad - bleek achteraf toch een soort “breekpunt”

-        Maar ook de KNVB. De voetbalbond vond zelfs het vriendelijke Harga niet veilig genoeg voor geen risico-wedstrijden

-        Ik zou hier ook de rol van de plaatselijke en regionale pers willen noemen. Een erg positieve rol heeft deze m.i. nu ook niet bepaald gespeeld. Die stond bepaald ook niet “als een man” achter de club. In tegendeel

-        De slechte situatie die was ontstaan in de autobranche, mede als gevolg van de Golfoorlog. De Raad van Commissarissen van Van Dijk had hem er meermalen op gewezen dat teveel geld onttrekken aan het bedrijf t.b.v. zijn “hobby” niet langer verantwoord was. Het gevolg hiervan was dat deze steeds sterker het gevoel kreeg er alleen voor te staan

-        De sponsors, of liever het gebrek daaraan. Slechts een klein deel van hen was afkomstig uit Schiedam. De rest kwam o.a. van toeleveringsbedrijven en relaties van de autodealer.  Dan mag je wel 150 sponsors hebben, maar als die met elkaar maar ongeveer een miljoen bijdragen, dan schiet dat natuurlijk niet echt op

-        De privé-situatie van John van Dijk. Kort na de start van het seizoen in de eredivisie werd zijn vrouw Beppie – een zeer enthousiast meelevende voetballiefhebster – ernstig ziek en overleed nog in 1990. Dat persoonlijke drama steeg ver boven het SVV-drama uit.  Ook zijn beide dochters waren niet altijd even blij met zijn dure hobby.

 

Genoeg redenen dus die het niet onlogisch maakten dat Van Dijk in ieder geval zijn kapitaal dat nog op het veld stond veilig wilde stellen, hoe vervelend dat voor SVV ook uitpakte. Er valt hem wellicht best een en ander te verwijten, maar lang niet alles.

Uit dit alles komt wellicht naar voren dat wij wat de rol van de gemeente Schiedam in deze hele zaak betreft hier niet al te positief tegenover staan en wellicht ook niet al te objectief. Mogelijk. Maar meningen die we vaak in allerlei ingezonden brieven zagen, wezen vaak naar de (negatieve) rol van de gemeente. Ook die meningen waren wellicht niet objectief. Maar in dit verband willen wij de lezer enkele citaten uit columns van Vrije Volk journalist Jan D. Swart niet onthouden:

Enkele maanden na de reddingsoperatie van SVV door John van Dijk:

 

“. . . .Ik vind het gezellig dat Wim Jansen nu bij SVV is. Het is mijn club uit mijn vorige leven. Het is de club van de broodtrommel en het zilverpapier. Ik heb SVV in mijn hart altijd alles gegund. Vooral een behoorlijk stadsbestuur. Maar dat is helaas nooit gelukt. In mijn tijd zaten er in de top van het stadhuis al intellectuele lamstralen, die voor hun aanstelling nog nooit van Schiedam hadden gehoord. En van SVV nog minder. Die meteen na hun binnenkomst 30 uur per week in de schijn van werkzame inspanning gingen zitten twijfelen aan het nut en de maatschappelijke betekenis van deze prachtige socialistische club met het mooiste shirt van Nederland. Het liefst waren de stadsbestuurders op zondag naar Harga gereden om ons persoonlijk de bal af te jatten, maar ze wisten geen van allen waar Harga was en ze beseften telkens op tijd dat het gek was om dit te vragen. Niemand ontstijgt ooit helemaal zijn jeugd en zo komt het dat ik tot aan mijn dood een hekel zal hebben aan het College van B&W, de gemeenteraad en de fietsofiele hoofden van diensten van de gemeente Schiedam, die hun leven lang pogingen ondernomen hebben om SVV een langzame wurgdood te laten sterven. En bijna was het gelukt. . . .””.

 

N.a.v. de fusiegeruchten met Sparta:

 

“ Ook de toevoeging SVV-Combinatie wordt al gauw SC en na verloop van tijd gemakshalve helemaal weggelaten. Voor SVV betekent deze manoeuvre zodoende het einde van nationale bekendheid. De gemeente Schiedam zal daar blij mee zijn. Daarmee is de zondagse rust verzekerd. Ik heb dikwijls verbaasd gestaan over de enorme moeite die de gemeente Schiedam zich heeft getroost om SVV om zeep te helpen. Zelfs toen de KNVB zich drie jaar geleden voornam om SVV voor eeuwig op te heffen, omdat het faillissement tot in de amateurstaart was uitgezaaid, bleek de gemeente Schiedam Oost-Indisch doof voor hulpgeschrei. Ze liet gewoon ongeroerd ieder zijn angst uitzweten. Wrok komt de gemeente toe, die het verdomde om een nieuw, klein en leuk stadion te financieren en maar al te graag het bespottelijke KNVB standpunt deelde, dat zelfs wedstrijden als SVV-Heerenveen en SVV-Roda JC te gevaarlijk zijn”.

 

En tijdens de geruchten over een eventueel “samengaan” met Feyenoord:

 

“Ik heb minder mededogen met Schiedam dan ik eigenlijk vanuit een zekere historie zou moeten hebben. Dat komt omdat de stad dit seizoen elke betuiging harer erkentelijkheid aan John van Dijk achterwege heeft gelaten. Daar wilde ik mee beginnen. Men doet nu net of dat Van Dijk Schiedam opzettelijk laat verhongeren. En dat is vals. Wie zo denkt kent de feiten niet. Schuldig aan de voorgenomen opheffing van SVV als betaald voetbalclub is ten eerste en in niet geringe mate het stadsbestuur, dat niet met voetbal wil worden geafficheerd. Schiedam is het Kampen van Zuid-Holland. Het houdt gereformeerd vast aan de zondagsrust, hoe rood de samenstelling van het bestuur merkwaardigerwijs ook is. Dit verklaart bovendien de niet te verwrikken krenterigheid. De verdwijning van SVV uit het betaalde voetbal is voorts te wijten aan de KNVB dat het vriendelijke Harga te gevaarlijk vond. En vervolgens was dat weer koren op de molen van de burgemeester, die al evenmin voortdurend voor een politiecommando te porren was”.

Natuurlijk, dit zijn pennenvruchten in een column. En daarin heeft een journalist alle vrijheid. Maar toch.

 

 

 

 

Herinneringen aan SVV

Willy Boessen voor 500.000 gulden overgenomen van Fortuna Sittard en daarmee de duurste aankoop van de club uit de geschiedenis o.a.: “Elke speler mocht bij Van Dijk een auto uitzoeken. De enige voorwaarde was dat je je auto altijd goed zou wassen. Het is natuurlijk wel gek om niet in je eigen stadion te spelen. De hele week train je op Harga, maar op de dag van de wedstrijd speel je 20 kilometer verderop. Maar SVV was een topclub in een notendop. Alles kon. De spelersbus had leren fauteuils en een tv aan boord. Alles was tot in de puntjes geregeld. Ook het eten rondom de trainingen was prima in orde. John van Dijk had in Schiedam een topsportklimaat gecreëerd. Maar tijdens het eerste seizoen in de eredivisie kreeg hij al snel door dat met het uitblijven van een eigen stadion het hem nog meer miljoenen zou gaan kosten. Mijn keus voor SVV was een bewuste. De club wilde in drie jaar Europees voetbal halen en de aanwezigheid van Wim Jansen en Dick Advocaat sprak mij ook enorm aan. Maar er is veel misgegaan. De keus voor de Kuip was achteraf natuurlijk verkeerd. Maar Van Dijk is al zijn verplichtingen tegenover de spelers nagekomen. SVV heeft zijn sporen verdiend in het betaalde voetbal. Dat mensen daar af en toe nog bij stilstaan vind ik mooi. Die wedstrijden in de Kuip, de thuiswedstrijd tegen Ajax, de geboorte van mijn oudste dochter in Schiedam. Als ik denk aan SVV, dan staat de warmte en de gemoedelijkheid op Harga me bij. De typische voetbalsfeer en voetbalhumor”. Tot zover een ras-Limburger in het Westen. . . . .

 

Ook Peter van Velzen zag wel in dat Van Dijk noodgedwongen op zoek moest naar een fusiepartner: “Van Dijk kon na het afketsen van een multifunctioneel stadion elders in de stad, ook geen participanten vinden om Harga op te knappen. De gemeente wilde niet betalen. Een fusie was op dat moment eigenlijk nog de enige mogelijkheid. Vergeleken met mijn eerste periode bij SVV was alles enorm verbeterd. Alles was prima verzorgd en iedereen had een goed salaris. Ik heb mooie herinneringen aan mijn tijd op Harga”.

 

Dick Advocaat in “SVV 90 Jaar. Van Gorzen tot Harga” o.a.: “De periode die ik bij SVV in dienst ben geweest, heb ik als erg prettig ervaren. Die tijd ging zeker in het begin gepaard met veel arbeidsvreugde. Wat me vooral bij is gebleven dat bij SVV de zelfwerkzaamheid een heel eigen karakter had. De spontaniteit overheerste. Zonder een ploeg mensen die SVV in die tijd op de been bracht had het niet gegaan”.

Wim Jansen daarin: “Het bestuur, stafmedewerkers en heel veel vrijwilligers hebben heel hard gewerkt om de club in die jaren in zijn geheel op een hoger plan te brengen. De verdere geschiedenis is bekend. Bovenal herinner ik me het gezellige veld, het sponsorhome na de wedstrijden, de kantinemensen en de gezellige samenwerking met de mensen op Harga. Teveel namen om op te noemen. Ik zal altijd aan de club blijven terugdenken, omdat ik er drie heel fijne jaren heb gehad”.

En recent nog in het blad Voetbal International in een artikel over zijn loopbaan: “Bij SVV heb ik me kunnen ontwikkelen als technisch directeur. Na mijn carrière heb ik bij SVV de mooiste tijd gehad. De charme van de club was dat iedereen die er zat zijn steentje bijdroeg om er echt iets van de maken”. Het was inderdaad toen een ontzettend fijne tijd in en rondom “De Eijk” op Harga.

Een aantal van de in dit artikel genoemde hoofdrolspelers is inmiddels helaas overleden. Zo overleed ere-voorzitter Cor de Vries al jaren geleden en in maart vorig jaar overleed ook een andere oud-voorzitter, Martin de Jager op 78-jarige leeftijd. Aan hen heeft SVV veel te danken.

Ook een van de “Drie Musketiers”, die bij de redding van de club in 1988 zo’n belangrijke rol speelde – Jan van der Velden - is inmiddels overleden (in mei 2012 op 71-jarige leeftijd).

En nog maar recent (25 januari 2022) overleed ook SVV’s oud-technisch directeur Wim Jansen (75).

De hoofdrolspeler in dit alles – John van Dijk – overleed op 15 januari 2020 in het Franse Cannes - na lange tijd met ernstige gezondheidsklachten getobd te hebben – uiteindelijk aan een hersenbloeding. Een ster was gedoofd. . . . Hij werd 78 jaar. Zijn bedrijf  - gevestigd aan de A20 in de Spaanse Polder – ging na bijna 50 jaar uiteindelijk in 2013 failliet.

 

SVV Anno 2022

Als we nu een tour maken over wat vroeger “Sportpark Harga” was, en nu gewoon “Park Harga”, zie je dat het eigenlijk een “woonpark” geworden is. En ga je ook veel beter begrijpen waarom de gemeente Schiedam destijds nogal terughoudend is geweest met het faciliteren van een nieuw of  rigoureus gerenoveerd voetbalstadion. . . . Een enorme hoeveelheid huizen is uit de grond gestampt. Aan de noordkant – zo’n beetje dezelfde locatie waar SVV zijn oog had laten vallen voor de bouw van een nieuw stadion – liggen nu de sportvelden van SVV, Hermes DVS, HBSS en Hockey Combinatie Schiedam. Het ziet er allemaal best goed uit, maar de oude sfeer is volledig verdwenen. Alles is op de schop gegaan, inclusief de grote overdekte zittribune van SVV, die dateerde uit 1970. De club schijnt nog geprobeerd te hebben die te behouden, maar tevergeefs. Het zou niet zo’n heel slecht idee geweest zijn om die tribune – in enigszins gerestaureerde vorm- als centraal punt op het nieuwe sportpark te benutten. Op die voor SVV historische plek vind je thans een oefenkooi t.b.v. de cricketers van Hermes DVS . . . . .

In juli 2021 moest de gemeente Schiedam een streep halen door een deel van het bestemmingsplan “Sportplaza Harga” van januari 2016. Provinciale Staten waren definitief tegen grootschalige detailhandel buiten het centrum van de stad. Het ging hier om een vestiging van sportartikelengigant Decathlon, als onderdeel van het plan “Schiedam in Beweging”. Inclusief detailhandel, evenementencomplex, sport- en medische voorzieningen en horeca en hotelaccommodatie ging het hier om een oppervlakte van in totaal ruim 25000 vierkante meter. Wellicht een hoeveelheid ruimte die een “Klein Galgenwaard” zou hebben beslagen. . . . Of worden we nu al te cynisch?

 

Met een lichte vorm van jaloezie kijken we in dit verband naar de recente ambitieuze bouwplannen (een gemoderniseerd stadion met woontorens op de hoeken, en bovendien met steun van de gemeente Rotterdam) van Excelsior, toch ook door de jaren heen geen grootmacht in het vaderlandse voetbal. Maar die club speelt nu toch maar weer mooi eredivisievoetbal . . . . En ook de plannen van NEC voor een nieuw stadion omringd door woonappartementen is jaloersmakend. Daar kan het allemaal wel.

De laatste jaren hebben tal van clubs een geheel nieuwe of grotendeels gerenoveerde accommodatie betrokken. Te denken valt aan FC Groningen, Vitesse, Sparta, FC Den Haag, NAC, AZ, Heracles, Excelsior, NEC, Cambuur, Emmen. En zelfs de accommodatie van FC Dordrecht kreeg een grondige opknapbeurt. . . .

Niet echter in Schiedam. Daar heeft telkenmale de politieke wil ontbroken.

Ook in Schiedam zijn de laatste decennia de nodige bouwprojecten gerealiseerd. Denk aan het nieuwe zwembad in Groenoord met aangrenzende sportaccommodaties, de bouw van het Van der Valk Hotel en de realisatie van de grootschalige Euroscoop (thans bioscoop Pathe).

Conclusie: het betaalde voetbal heeft bij de gemeente Schiedam nooit enige prioriteit of zelfs maar sympathie gehad. Zelfs toen SVV op sportief gebied nadrukkelijk aan de weg timmerde, liet (ook) de gemeente de club al te gemakkelijk in de steek. En ik kan me nog steeds niet aan de indruk onttrekken dat men daar op het stadskantoor niet erg rouwig om was.

 

Die rigoureuze sloop van het oude Harga in oktober 2017 was voor veel SVV’ers echter een dieptepunt. SVV was bijna letterlijk vergeten.

Op het nippertje werd toen ook nog een kleine ramp voorkomen. De aannemer die sportpark Harga met de grond gelijk moest maken was al bijna begonnen met het neerhalen van de tribune. Dat er ook nog een afscheidsevenement – Het Hargabal – gepland stond voor de thuishaven waarop SVV honderden profwedstrijden had gespeeld, was hem even ontgaan! Met sentiment moet je bij een sloper niet aankomen . . . . Die tribune “vertelde” wel een verhaal van wat was geweest, wat had kunnen zijn, maar wat nooit meer zou komen.

018.jpg

Een van de laatste keren met publiek op het oude vertrouwde Harga

 

Het nieuwe sportpark Harga telt – helaas – alleen maar kunstgrasvelden.

Veel is geïnvesteerd in de aanleg van al die nieuwe velden. Alleen werd SVV afgescheept met een al jaren bestaand veld, waarvan de houdbaarheidsdatum al lang voorbij leek. Het was van enorm slechte kwaliteit. Als je nu toch een sportpark volledig in een nieuw jasje steekt, waarom dan niet dit oude veld – voor SVV’ers van vroeger het veld “achter de dijk” – ook meenemen?! De eerlijkheid gebiedt te vermelden dat onlangs (half april 2022) besloten is dit veld dan toch te gaan vernieuwen. Beetje laat, maar beter laat dan nooit. . . .
En om de krenterigheid van de gemeente Schiedam nog maar eens te illustreren het volgende. SVV wilde aan een opgang naar de nieuwe kantine een extra trapleuning hebben. Dit om eventuele ongelukken te voorkomen. Het management van het nieuwe sportpark zag echter geen reden om die aan te brengen! Aanvankelijk speelde SVV met de gedachte om het dan maar zelf te doen. Uiteindelijk gingen de gemeente en Harga alsnog overstag. Waarin een kleine stad groot kan zijn. . . . . . .

Aan het nieuwe SVV-bestuur o.l.v. een enthousiaste voorzitter Pim Koning[1] de uitdagende taak SVV – ook na deze coronacrisis – weer op de kaart te zetten.

Jeugdige inwoners genoeg in het nieuwe “Park Harga” denk ik!

Financieel staat de club er gezond voor, maar het aantal leden is de laatste jaren flink gedaald. Jeugdelftallen zijn er niet meer. En wie de jeugd heeft, heeft tenslotte de toekomst. . . .Een schone taak dus voor de nieuwe voorzitter!

 

Super-supporter Bob Vellinga tenslotte: “SVV is bijna letterlijk vergeten. Hooguit mensen van vroeger praten nog wel eens over de tijd dat SVV een profclub was. Ik ben denk ik de laatste die er nog waarde aan hecht. Of in ieder geval de jongste”. Dat laatste is misschien waar, maar het eerste moet ik tegenspreken . . . . Zelf mis ik de sfeer van het betaalde voetbal op en rond Harga nog bijna wekelijks. Om met oer-SVV’er Frans van der Knaap te eindigen: “Het blijft jammer, zo verschrikkelijk jammer”.

 

 

     019.jpg 

        1954                        
                020.jpg
       1991

021.jpg

De SVV selectie bij aanvang van het laatste seizoen als zelfstandige BVO (1990-1991).

Achterste rij v.l.n.r.: Peter Barendse, Orlando Trustfull, Warry van Wattum, Jerry Simons, Michel Vonk, Eddy Ridderhof, Jerry Cooke

Midden: Technisch directeur Wim Jansen, verzorger Jan van Heijningen, Keje Molenaar, Errol Refos, Virgil Breetveld, Jimmy Simons, Dean Gorre, Lloyd Kameron, Zier Tebbenhoff, assistent-trainer Peter van Velzen, elftalleider Rinus Steenbergen

Onderste rij: Jan Mulder, Maarten Admodikoro, Carlo L’Ami, trainer Dick Advocaat, Joop Hiele, Los Luhukay, Marcel van der Net

 

 

[1] Inmiddels is ook Pim Koning om uiteenlopende redenen gestopt als voorzitter. Op de algemene ledenvergadering van 18 november jl. werd Mario Krabbendam gekozen tot de nieuwe voorzitter van SVV. Hem rest de niet eenvoudige opgave om o.a. de jeugdafdeling nieuw leven in te blazen.

 

Delen

voeg je eigen gadgets toe aan deze pagina!